Op 31 mei 1730 werd vanuit Ceylon gemeld dat men langer in Attapittij moest blijven door het bekende grote feest. Aan de schrijvers werd medegedeeld dat de volgende personen daar zouden blijven om de nodige zaken te regelen: Helepalle Ralamij Dessave van Oedepalat, Heendenie Coerewe Mohandirams Nana Jakare, Camboeradenie Dornagamme Mohandirams Inboel Maldine en Coeditoeckoe. De andere hoofden zouden terugkeren naar het hof. Voor dit doel verzochten zij om hun nederige dankbaarheid aan zijn koninklijke majesteit over te brengen, wat beloofd werd met veel plezier te zullen doen. Daarna werden de hofgroten met rozenwater besprengd en volgens gewoonte tot aan de rivier uitgeleide gedaan. Nadat hen een behouden reis was toegewenst, toonde de adigaar samen met alle andere hoofden hun grote genoegen. Men nam afscheid en vertrok in gezelschap van de ter plaatse gebleven hoofden naar het logement. Die avond werd namens zijn koninklijke majesteit een geschenk gestuurd bestaande uit een grote hoeveelheid potten met inlands gebak, dat beleefd werd aanvaard. Men liet zijn majesteit voor deze grote genegenheid hartelijk bedanken. Op 14 februari, een zaterdag, zijn zij 's morgens niet gekomen.


Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland, archieftoegang 1.04.02, Inventaris van het archief van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), 1602-1795 (1811), inventarisnummer 8952, Kamer Zeeland, INGEKOMEN STUKKEN VAN GOUVERNEUR-GENERAAL EN RADEN BIJ DE HEREN XVII EN DE KAMER ZEELAND, Kopie-missiven en -rapporten ingekomen bij gouverneur-generaal en raden van de kantoren in Indië, Ceylon, Kopie-missiven en -rapporten ingekomen bij gouverneur- generaal en raden uit Ceylon, 1730 jan. 23 - sep. 9
Zoek uw voorouders en publiceer uw stamboom op Genealogie Online via https://www.genealogieonline.nl/