Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland
Transcriptie
hebbende behoude ik mij voor ons na dat er
werkelyk bloedzengers uit OostInclie en
Nederland zullen zijn ontvangen, omtrent
het verder vervoer van die diertjes naar
Suriname met Ulmwe Exeellentie in overlegte
bieden. Bij het Departement van Marine
zal daartoe waarsehijnlyk in den loop
van dit jaar slechts eenmaal gelegenheid
zijn. De redenen daarvan ik bereids aan
Uwe Exeellentie mede gedeeld bi mijnen brief
van den 27 February A er. 86. De gelde
=genheid daarbij door mij bedoeld zal zijn
per 2e. Mr. tramsportschip de Merwede
ewwel in de maand Junij of Augustus
aonstaande naar matie van den tyd van
terugkomst van gemeld transportschip uit
de WestIndien oan waar hetzelve thans
woedt terng verwacht.
Met dat tronsportschip zullen ook de
te ontvangene bloedzuigers naar Suriname
kunnen woeden vervoerd, indien namelyk
door deskundigen niet geoordeeld wordt, dat
de diertjes daartoe te lang hierkelande
zouden moeken worden bewaard.
julcae
De Minister van Maine.
9 Lulle
Aopie
oerauraattir
vaN
MARINE.
18. Wordt verzocht, in het
antwoord, de dagteekening,
de letter en het nommer
dezes, naauwkeurig uit te
drutkken.
Litt. C.
10. 81
Getal der bijlagen.
rbravonhaso, den 8 Maarbb 1858.
Wy brief van den 20 February El la Bn: l,
heb ik van den Minister van Kolonien de mededee„
„ling ontvangen, dat volgens schryven van den Gou„
„uerriewe Generaal van Nederlandsche Vost- Indie,
van den 15 November 1849n: 695s, met de drie eerst
verbrekkende Oorlogsboolems een bekwaam aantal
bloeolhaigers naar Nederland zouden worden ge„
„houden. Die blaedzuigers zyn bestemdom
laten te worden vervoend naar Suriname ten
tee hoeve van de Coloniale dienst aldaar
Heb is waarschyvelyk dat de eerste toezendingee
van de bedoelde dier het zal plaats hebben med
zynen Majesteils Fregalt de Lambere en Schoonens brik
de Laubier, welke beide Verlogs vanluigenvol„
„gens ont vangend berigd bereids de terugte ixe
raan Nedeuland hebben aanvaard, met leesten
„ming de eerste naar Vlissingen, ende tweedle
naar Helleveetsluis.
Hteel vorenstaandte ter tneen kennis brengende,
Man
verzoek
de Direedeuren, Rommandanten
der Marine te Willemsvord, en Vlissingen
en den Kommonsdan van Lte. Ms
Zeemagd in de Mlaasen Goedereede
werkelyk bloedzengers uit OostInclie en
Nederland zullen zijn ontvangen, omtrent
het verder vervoer van die diertjes naar
Suriname met Ulmwe Exeellentie in overlegte
bieden. Bij het Departement van Marine
zal daartoe waarsehijnlyk in den loop
van dit jaar slechts eenmaal gelegenheid
zijn. De redenen daarvan ik bereids aan
Uwe Exeellentie mede gedeeld bi mijnen brief
van den 27 February A er. 86. De gelde
=genheid daarbij door mij bedoeld zal zijn
per 2e. Mr. tramsportschip de Merwede
ewwel in de maand Junij of Augustus
aonstaande naar matie van den tyd van
terugkomst van gemeld transportschip uit
de WestIndien oan waar hetzelve thans
woedt terng verwacht.
Met dat tronsportschip zullen ook de
te ontvangene bloedzuigers naar Suriname
kunnen woeden vervoerd, indien namelyk
door deskundigen niet geoordeeld wordt, dat
de diertjes daartoe te lang hierkelande
zouden moeken worden bewaard.
julcae
De Minister van Maine.
9 Lulle
Aopie
oerauraattir
vaN
MARINE.
18. Wordt verzocht, in het
antwoord, de dagteekening,
de letter en het nommer
dezes, naauwkeurig uit te
drutkken.
Litt. C.
10. 81
Getal der bijlagen.
rbravonhaso, den 8 Maarbb 1858.
Wy brief van den 20 February El la Bn: l,
heb ik van den Minister van Kolonien de mededee„
„ling ontvangen, dat volgens schryven van den Gou„
„uerriewe Generaal van Nederlandsche Vost- Indie,
van den 15 November 1849n: 695s, met de drie eerst
verbrekkende Oorlogsboolems een bekwaam aantal
bloeolhaigers naar Nederland zouden worden ge„
„houden. Die blaedzuigers zyn bestemdom
laten te worden vervoend naar Suriname ten
tee hoeve van de Coloniale dienst aldaar
Heb is waarschyvelyk dat de eerste toezendingee
van de bedoelde dier het zal plaats hebben med
zynen Majesteils Fregalt de Lambere en Schoonens brik
de Laubier, welke beide Verlogs vanluigenvol„
„gens ont vangend berigd bereids de terugte ixe
raan Nedeuland hebben aanvaard, met leesten
„ming de eerste naar Vlissingen, ende tweedle
naar Helleveetsluis.
Hteel vorenstaandte ter tneen kennis brengende,
Man
verzoek
de Direedeuren, Rommandanten
der Marine te Willemsvord, en Vlissingen
en den Kommonsdan van Lte. Ms
Zeemagd in de Mlaasen Goedereede
Bronvermelding
Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland, archieftoegang 2.10.02, Inventaris van het archief van het Ministerie van Koloniën, 1850-1900, inventarisnummer 6, OPENBAAR ARCHIEF 1850-1900, Verbalen, Verbalen, 1850 mrt. 12 - 21
Scan + Transcriptie
Klik op de afbeelding om het te vergroten en de transcriptie ernaast te zien
Kunstmatige intelligentie (AI)
De transcriptie is door de computer gemaakt via automatische handschriftherkenning.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.