Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 2.10.02, inventarisnummer 5939, pagina 17

2. drs aen noot te schrijven
Ass. Op wiets nelf zij voogenes, vok, voor
de kennis des middelen dn gevolgens waas„
mede de Mohamedaansche propo=
ganda, te singepore en in Nedl. Insis
onder de Cistenen werkk, der lering
waardig vr de bijlagen des Snab.
desseche van 7 uf. 1566, 1, 210, lett.
Por. Genr. Kabt.
uit, door middel van de
godsdient, vontdurend te
onzen nadeele wordt ge„
Hookt, eene meening,
die wat Assahan be„
hesp, tot zekere hooghe
bevatige worst door het
geen uit de verdere bij
cages dernelfde Ind. de„
sucte blijkt, omtrent de
vertandhouding van Arsahan„
sche geranten (Machomes
Jamoes dn Nadju Sman
Mohamed) met autoriteite
te Mlleuua, den Sjeck
Soliman Effende, Mals
Sjabandi ls des Saca,
eus nader doet zien, dat
niet ten onregte, bij de
behandeling der Engelsate
reclamas wegens oe han„
delingen ter Oorthunt van
sumatia, Herhaaldelijk is
geweren op het ultra=mo=
hamedaansch Karaktes, dat
viel toe te kennen aan de
opporitie, die uij van de
zijde van sommige in land„
sch.
sche onterredenen ontmoet=
ten, en die gerekens wed
seun te einden in eene
aansluiting met Atjus.
Niet minder opmeckelijk,
als eene indicecte en
waar
zeker onwillekenige con„
dering
mandatie van onze drijf„
onge gedragelind
veun en rigtrel, met
betrekking tot de Oort„
huit van Sumatia, is
de aanmaning, voorkernerwde
si de missive, ceut Meuha
van eerstgenwemden gerant,
aan dens Norit van Assahan
ons,ten einde van moeijg
lijkheden, vrij te blijven
zien toeh voorae te
Onthonden van Slaven=
handel des dergelijke on„
geoorloofde zakens.
sen slotte nens ik. 41. L.
Niunevens Aenig.
a. het schrijven van den
Hoogheraur van Geur, du„
15 Sept. 1566, gevoegt bij
8. S. missive van den
19 September 1666, N: 8644,
Actusfieren