Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 2.10.02, inventarisnummer 5939, pagina 16

kan, als eenige reders
on zien met die aan„
stelling te bemoeijen, wel
digh unden aangehaald
n opgelikheid
le bedenting, dat door
zoodanige emoeijing en
Avoral Mannees de keus
Aerd geverligs op een
man, als de Heer Read„
volgens de aanbeveling
van Ihr. Berg van Alie
=delburgh in zijne depeche
van 22 Oct. 1567, gevoege
bij M1. E. Missive van 6
November 1567, No. 7949) sou
Munnen unden uitgewerkn,
dat aen vertrouwen pessens
de bedoelde port vewvulle.
Ik roep met vertrouwen 1. V.
beptoefdt oordeel in, over
de vraag: of in de be„
staande omstandigheden op
quastieder
de Caanstelling van eenen
Turssanen consul is tenig
te komen.
Moest het antwoord op
die vraag bevertigend zijn,
sn rekende 11. 8. ts zake
nadere

gedachtemrissseling
nadere verstanthoustirg met
de Engeliche Regering noodig
dan zal zij is de thans
aangebodene Ins. stuctten
meer dan eene bijponder=
cheid vinden, die verdients
don onder de aundacht der
Britsote autoriteitens ge„
bragt te sonden zoowel
in verband tot de quertie
rakende den Deukrehen
censul op ziets zelver
als met oprijt tot de
wederrijdsen stelling en
betiekkingen van Enge„
land en Nederland en
den Oortenanen aahipel,
meer is het olgemeen.
Endes anderen zal
A. E. in des brief van den
Resident van Riouw (bijl.
des Ind. depeeu van 26
februarij 1666, hab. N. 71, lett
82. , de meening ont„
wikkele binden, dat het
niet aan teekenen ont„
„brecht, aanduidende, dat
van Ticlije te Niabie
ceut,