Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 2.10.02, inventarisnummer 2914, pagina 335

t Lant
aan boord te plaatien en bevincl het zich nog in conservatie te
Amsterdam.
Ten einde de wenochelijkheid van een aszonderlijken ketel
voor de zoetwater bereiding te staven, beroept de schrijver der
nota zich op het aantal dagen gedurende welke door 5 Htoom.
schepen 4d. klasse, ter kuste van Atsch. gedistelleerd is en komt
daardoor tot de slotoor, dat, hadden die bodemo gen soom op
gehad, zooalo nu wel het geval was, en dan gedurende 17 dagen
per maand hadmoeten worden gestookt inde grootehelels om
het noodige drinkwater te leveren.
Rekent men nu tvolgens de nota dat 111 L. peruur werd
gemaakt en dat de bemanning eener Wo klasse, de javanen mede
gerekend, 100 man bedraagh, dan krijgt men een water verbruik
van 11221217
=15 L. per hoofd, een verbruik zoo groot„
30x100
dat hier zeker aan buitengewone, geheel abnormale, toestanden
moch worden gedacht, zoo als het voorsien in de behoefte aan zoek
water van gouvernement sloomers, Wruisbooten, Hoombar„
kassen of garnizoenen aan de kurt.
En nu moge men in Indie de normale toestand der Kelo.
nien, die dan expeditie noemen teene bewering waarop wel
ielo zou kunnen worden afgedongen, de blekkacte eener kurs„
welke nu reedo 3 jaar duurt en bijna de geheele clost en besla„
neemt, io in onze Indische geschiedenis zonder voorbeeld en
zal naar ik verbierus wel nimmer meer voorkomen.
Dat ook in het geval van geen expectitie den tilleer condensors
onmisbaar zijn zal ck niet onkkennen en alle, en de laatsle paren„
gebouwde Zeestoomers zijn dan ook van die toestellen voor
zien, doch eene andere vraagis deze, hoeveel water zal men in
gewone lijden moeten maken, of justen, hoe lang zal men,
speciaal voordal doel, de groote ketelo, ten koote van de
duuizaamheid moeten bezigen. en op deze vraag hande
ondervinding, ter huste van Alsch opgedaan, geen antwoord geven
Neemt men echtie aan dat het verbruik perhop f. 5
bedraagt twelk hoevelheid eum voldloende in sen de bemening
100 kop sterk is, dan komt men tot het volgende resullaat:
10027, 527, 5250 L. per week
=26641 E wordt gemaakt perdag, duo
111424
5250
2 dagen per week distilleren.
2664
Hoewel nu zeker in beginsel beslick is dat niet 6. alle diensten
gestoomd zal worden en dat wannee de geleginheid daartoe gun.
stig is en wanneer de zending geen spoed vereircht, van het zeil„
vermogen zal worden gebruik gemaakt, zal het loch zelden voor„
korken dat langer achitereen onder zeil kan werden gekruirt dan
de water voorraadstrekt 13 emalen) en voor dat exceptionele ge„
val ontsteke men dan de vuren in de groote hetels. Denarcker
liggende op reeden waar het drink water aanboord wordk ge„
bragt zal mer toch wel altijd het overhyschen en storten of het
van den watectender overpompen verheeren boven een rock,
vuil en warmte gevenden kesel aandek met allyd werkende
en geraasmakende Cerculatie pomp. Met de toenemende
oomwaart en voorinkgang der buiten posten is het soch zeker
te voorgien, indien dik nog niet red huk geval is, dat ook op de
hoofdplaatsen der stalions het water even als te Balavia en
Socrabaija aanboord zal worden gebragt, zonder dat daartoe
sloesch of eiger vaatweck behoeft te worden gebezigd of de be„
manning aan hunne militaire bestemming zal worden onthoute„
Wat de opmerking aangaat, dat man bij 65 U druk niet
zal kunner destilleren zonder de ketils te bederven door aan„
vulling met zoutwatis, deze is zeker zeer pust, doch met ge„
lankte ouren liggende met lageren Soomdruk, waarvoo de
werktiigen reeds by het ontwerpen zijn ingerigt, varende of op en
neer houdende of na geeindigele Hoomlogt, nog eenigen tijd
Soomhoudende, om te distilleren oetvalt dek bezwaar en
zal men waarlyk niet veel brancs tof verspullen volgt nu
uit het bovenstaande dat de groote ketels niet zoo dikwijls,
speciaal met het dvel om te distilleren, zullen worden gebe„
zigd en het gemin aan een afzonderlyken kleirien hetel duo
niet zoo nadeeleg op den duurder Hoomketels zal werken,