Browse transcripts » National Archives / Archives South Holland

archive access 1.05.11.14, inventory number 3, page 47

8.
In den name Godes amen
Rennelijk sij allen ende een ijder die
te behoort, dat op huijden den achtsten
Compareerde voor
maert des Jaers 1719
mij Adriaen de Brauw gesw: Clercq ter
ste
secretarije van Suriname; bij absentie
langh: vander Werff van dHeeren secretarissen present de naergen:
getuijgen, Juff=r Willennina Buijsen
mij gesw: Clerq bekent, sijnde siekelijk
en tijd
apyj Gesz
En voor de testarice te bedde leggende, Edog haer verstand
et
memorie en uijtspraek wel magtig end
en 9 maart
volkomen gebruijkende naar allen
gstla
uijterlijken schijn, dewelke verClaerde in
1719
in t
overdenkinge genomen te hebben, de
sekerluijt des doods ende onsekere uure
van dien, niet genegen te wesen uijt dese
Bel
wereldt te schijden, sonder alvoorens op de
tijdelijke goederen haer genadelijk pleent
bevolen ende gedisponeert te hebben
sulx sij is doende uijt haer Eijgen vrije
en onbedwongen wille, sonder Judiitie
persucasie ofte misleijdinge van ijmand
ter wereldt.
Bevelende eerst ende voor al haare Ziele
in de genadige handen godes haer schepe
en Zalighmaker ende haar doode lighaem
de aende met een Eerlijke begraffenis,
Revoceerende, Casseerende, dood ende te
niet doende bij desen, alle voorige
Testamenten, Codicillen ofte eenige
andere makinge van uijterste wille
die sij voor dato mogte hebben gemaakt
of gepasseert als alle deselve wederroe„
penden bij desen.
Ende komende tot nieuwe dispositie
verClaerde sij Testatrice te Legateeren
aen den armen van die plaets daer
in tit en wijlen haer Sterffhuijs mogte
komen te vallen, eene somma van
vijff guldens, eens sonder meer
Ende in alle haare verdere naartelatene
en metter dood te ontruijmene goederen
soo hier als Elders gelegen, geenige
uijtgesondert, van wat benaminge of
watuijn die ook soude mogen sijn