Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.05.02, inventarisnummer 9, pagina 19

211./
s Mage 1 Julyj 1794
uw H M. gepresenteert, ten
einde. uw H M. aan hem zouden
te accorderen
gelieven een pensioen van ƒ200 —
s' jaars zin leven lang gedarende,
wegens ’t gemis van de post van
Comis van de West Jnd=e Comp=e ter
kamere maze, ofte wel zodanig
ander pensioen als uw Hoog
mog: zullen vinden te behoren,
vermenen
Wi nemen de vogheid uw A. Moegus
moeten
te informeren, dat deze post, volgens
uw A M. resol=e van 1=e Juni 1792
niet meer en exsteert, en voor den
West Jnd. Handel ook van geen
nut kan zijn; waaromme wy dan
op gronden van dit, en van ons
vorig advijs van 16=e Decr 1793,
van gedachten zouden zijn, dat
aan voornd=m Peter Goebeek Jun=r
zoude kunnen worden toegelegt
een persioen van ƒ100 s,jaars.
ons niet te min eerbidiglyk
refererende aan ’t goedvinden
en wel behagen van uw Hikoyn
waar meede &a
Extract uit de resolutien
van de Boedschap der Stad
Amtterdam
den 1:' April 1794.
Comm:n van den Achtb: Raad ingevolge en ter voldoenin
„ge aan de resolutie Comm:s van derzelven Raaden
van den 14.e feb:r ll. geexamineerd hebbende een berigt
van den Raad des Colonien in de W.J: op het verzogt pensioen
of de dommaigement door de geweezene Bediendens
der thans gedissolveerde W. J: C. den 7.e bevorens ter ver„
„gadering van Holland gecommuniceerd en door alle
de Leeden overgenomen, hebben gerapporteerd.
dat zy by examinatie van dat berigt, zeer veele tegen
strydigheden meenen ontdekt te hebben, welke een
Sinegaale behandeling van diversche persoonen
tot gevolgen zoude hebben; want dat voor eerst
3
by dat berigt als eene waarheid word geassumeerd
dat de pensioenen en de dommagementen moeten
gereekend worden ingegaan te zijn, met 1.o Jann:r
1793. als wanneer zo als daar by gepaseerd word
A &amp M. Jan
de resol: van 1 Junij 1792. eerst in Vigeiear is gebragt,
waar uit men zon moeten supponeeren, dat de
intentie was geweest, dat de Tractementen der
geenen, welke aan de W. J.C. aanhorig waren geweest
in den Jaare 1792. ten vollen waren betaald; maar
dat daar mede niet over een komt, het geadviseer
„de omtrent Wylen den Advocaat roell, als aan
welks Erfgenamen men adviseerd een de dommage
„ment