Op vrijdag 3 maart 's morgens om 10 uur kwamen pattoe nanajakare mohotiaar en injegamme mohandiram vanuit het hof naar hun verblijfplaats, gestuurd door de keizer. Zij haalden hen beleefd binnen. Na enkele oude complimenten te hebben gemaakt, vroegen zij om de keizer namens hen met eerbied te verzekeren van hun verschuldigde respect en verplichte dankbaarheid voor de grote gunsten en eer die hun tijdens de eerste audiëntie waren bewezen. Nadat de heren een tijdje bij hen hadden gezeten, vertrokken zij weer naar het hof, nadat zij met rozenwater waren besprenkeld. Deze voormiddag hadden zij de eer om in alle onderdanigheid aan de hoge autoriteit te melden dat de eerste audiëntie goed was verlopen, waarbij de keizer had voorgedragen en verzocht wat hen via instructie was bevolen.
Op zaterdag 4 maart, zondag 5 maart, maandag 6 maart en dinsdag 7 maart viel er niets voor.
Op woensdag 8 maart en donderdag 9 maart 's middags omstreeks 4 uur verschenen 2 mannen van het hof met de namen hoelangammoewe en irjegamme, die namens de keizer zeiden te zijn afgezonden om naar hun gezondheid te informeren.


Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland, archieftoegang 1.04.02, Inventaris van het archief van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), 1602-1795 (1811), inventarisnummer 8952, Kamer Zeeland, INGEKOMEN STUKKEN VAN GOUVERNEUR-GENERAAL EN RADEN BIJ DE HEREN XVII EN DE KAMER ZEELAND, Kopie-missiven en -rapporten ingekomen bij gouverneur-generaal en raden van de kantoren in Indië, Ceylon, Kopie-missiven en -rapporten ingekomen bij gouverneur- generaal en raden uit Ceylon, 1730 jan. 23 - sep. 9
Zoek uw voorouders en publiceer uw stamboom op Genealogie Online via https://www.genealogieonline.nl/