Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.04.02, inventarisnummer 8138, pagina 74

met Communicatie dat de schee„
„pelingen van een vreemdschep een
inruijlen
„ming syner gehoudenisse voor
te houden. —
„Clineert
te senden.
remarken over het voorsz: lee„
snaphanen.
beloft, om naar Labaca te gaan
werk te verrigten; het geen hij voorgeeft, dat zonder die
penningen stil soude moeten staan; eindigende met eene
bekent making dat de schepelingen van een spaant schip
pampoen tegens een Snaphaan op Gebe, of Patanie, een Pampoen tegens een snaphaan
ingemilt, mitsgaders eenige snaphaanen aan den koning
van Tidor zouden vereert hebben, daar bij voegende, dat hy
egter voor de waarheit van dit gezegde niet wilde instaan.
Ter sessie van den 21: December besloot men dien vorst nog„
besluit omdie koning te naarte, maals ter betragting van zijne gehoudenisse, en ter nakoming
van de soo dikwerf gegevene recommandatien aantemoedigen
terwijl verstaan wierd, zijn Hoogheits versoek om lijwaten
desselfs versoek om Lywats ged=e te declineeren, alsoo 'er te dier tijd geene te missen waaren,
dog het kruijt en Contanten toe dog hem egter het vaatje Kruit, en de resteerende recogintie
penningen voor deze reis toe te zenden. —
Nopens zijn Hoogheits bedeeling van de aankomst van
een spaans schip op Gebe, merken wij aan dat dit
rigt nopens het vreemd schip zekerlijk het zelfde is, waar van, als een frans schip,
En
gewag word gemaakt bij eene missive van den vaendrig
Gebhard geschreven op de extripatie togt te Maidie, en
gedateert 16: November 1770: waar bij voorkomt, dat op gele Zuiver
over
het
op gelesijn in iederhuijs drie in ieder huijs, een tot drie snaphanen waren van een frans
kom
schip, welkers schepelingen de geberesen gezegt hadden,

dat een ducaton gaven voor een Pampoen, en snaphanen
„
voor andere kleinigheden.
de koning van Batchia, loochent sijne Bij een nadere brief, de dato 12:' februarij 1711- lochent
Batchians koning dat hij belooft zoude hebben zig
„
met
54
Logie
en