Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.04.02, inventarisnummer 4151, pagina 17

21
1157.
den onderget=de Land„drost, geeft u E E Agtb=re
„ met seer veel eerbiedigsz: bij deesen te kennen
dat den Land„ bouwer Ian Villiers de Ionge
inde jongst gepasseerde maand februarij een
slaave meijsje van hem Christijn van de Caap
gen„t aen stellenbosch inde tronk heeft gebragt
onder voorgevinge dat deselve zijn huijs inden
brand gestooken hadden;
Weshalven den onderget=den op den eersten maart
Jongst leeden, een relaas van voormelten
villiers heeft afgenoomen waarin den selven
verclaarde, dat sijn woonhuijs op desselfs
plaats geleegen aen drakenstijn, inde maand
februarij deeses Jaars in den brand geraakt
zijnde, egter door hem weederom was geblust
geworden, en dat hij een dag drie â vier daar
naar van het voorgeschreeve meijsje Christijn
van de Caap op zijn afvraging verstaan hadde
dat sij die brandstigtinge hadde veroorsaakt,
en dat sulx verrigt zoude hebben met een
brandende houts kool welker zij tusschen
twee stokjes opgenoomen, daar meede op een
digt aen het huijs staande selijhoop ge„
klommen was, en het selve vervolgens op
het dak hadde gegooijt, gelijk uE agtb=rs
uijt het hier nevens gevoegde relaas van
voormelten villiers sub L„a A sullen
kunnen b'ogen.
den onderget=de, deese saak volgens ampo
en pligt nader willende ondersoeken
heeft dit slaaven meijsje Christijn van de
Caap omtrent negen Iaaren oud zijnde
voor gecommitt„s uijt deesen E agtb„
Raade op interrogatorien, deese saak
aen gaende gehoort, en daarin nog onder
anderen Laten invloeijen, ofte zij ook
handadig waare aende eerste brandstig„
tinge, die op deselfde plaats van haare
meester was geschied en waardoor desselfs
woninge soo als genoegsaem bekend is—
twee
Ten
20
e