Browse transcripts » National Archives / Archives South Holland
Summary (also from the previous page)
On 14 April 1777, a request was made that the tax on rice transported to the other coast should not be increased.
A market was to be temporarily rented out to the current regional leader of Samarang for 500 Dutch dollars per year. This was the same amount that had been offered to the deceased head regent in the previous year. The reason for not charging more was that the current leader should not pay more than his predecessor. Additionally, if the retirement home continued to receive fines assigned to it by letter dated 29 February 1776, and also received a fixed income of 500 dollars per year from this bazaar, it would be able to manage and survive.
According to the financial statement closed at the end of February, in the previous year 1776, if major repairs to the retirement home made in 1775 had not been paid off, the capital would have increased by 845 dollars and 16 cents through generous allocations of political and district council fines and other contributions.
A request was made that the authorities approve this arrangement concerning the bazaar in the city, at least until it was clear what results it would produce. Meanwhile, the proposed tax for the benefit of the retirement home should not be implemented. This tax would be half a dollar on every koyang of rice transported from this coast to the other coast. The arguments against this tax were:
- The retirement home would not benefit from it during poor harvests and scarcity when rice transport to the other coast was forbidden
- During good harvests with abundant rice supplies, like at that time, trade with the other coast was too useful, profitable and important for all of Java
- Rice was the main product the traders from the other coast wanted
- Adding another half dollar on top of the already high tax of 10 dollars per koyang would burden rice and scare away traders from this coast by imposing higher taxes than were charged in other places
According to the general military strength report of 14 April, the military strength on and along all of Java showed that there was actually a shortage of 52 common soldiers compared to the fixed requirement, and with that indeed 58 men at Samarang.
Five drummers and pipers would be sent to the main settlement as requested by the authorities. The surplus drummers and pipers were mentioned.
Thanks were expressed on behalf of the employees who had been granted benefits and otherwise favored by the authorities, including someone named Dijkman, for whom a command was given at Balemborang.
Transcription
den 14: April 1777.
Reedenen waarom
Het getal der militie blijkt
bij de sterkte
De overtallige tamboers en
Dankbetuijginge voor eeni„
„ge begunstigde Dienaaren
te Balemborang opgedragen
een halve Rijksdaalder, op ieder koiang Rijst, dewelke van
dese kust naar de overwal word vervoert, zoo wijl dit
huis daar tog geen voordeel van zoude trekken, bij slegte
gewasschen en schaarsheid, als den vervoer van Rijst, naar
de overwal verbooden word, als dat daarentegen de over„
„swalsche vaart bij rijke gewassen, en een ruimen voor„
„raad van Rijst, gelijk tans, voor gansch Java van te„
„veel nut, voordeel en aanbelang is, om het voornaamste
articul waarom het den overwalder is te doen, de Rijst„
met nog een halve Rijksdaalder booven de teegenwoordige
al reeds hooge: pagt van 10. rijksd=s p=r Coiang te bezwaaren,
en den handelaar schuuw van dese kust te maaken, door
hem meerder lasten opteleggen, dan op andere plaat„
„sen geheeven worden:
De sterkte der Militie op en langs geheel Iava, bij de ne„
„vensleggende generaale sterkte van den 14=e April blijken„
„de, noteeren wij hier maar, dat actueel aan de vaste
bepaling al weder manqueeren 52. gemeene krijgers
en met die wel 58 koppen hier te samarang en dat
Pijpers zal men overzenden wij de door UwE: Hoog Edelheeden opgeEijschte vijf tamboers
en pijpers, naar de Hoofdplaats zenden zullen.
Met en voor de door uwe Hoog Edelheden gebeneficeerde,
en op andere wijze begunstigde
Dijkman is het commando Dienaaren de schuldige dank afleggende, noteeren
wij
Reedenen waarom
Het getal der militie blijkt
bij de sterkte
De overtallige tamboers en
Dankbetuijginge voor eeni„
„ge begunstigde Dienaaren
te Balemborang opgedragen
een halve Rijksdaalder, op ieder koiang Rijst, dewelke van
dese kust naar de overwal word vervoert, zoo wijl dit
huis daar tog geen voordeel van zoude trekken, bij slegte
gewasschen en schaarsheid, als den vervoer van Rijst, naar
de overwal verbooden word, als dat daarentegen de over„
„swalsche vaart bij rijke gewassen, en een ruimen voor„
„raad van Rijst, gelijk tans, voor gansch Java van te„
„veel nut, voordeel en aanbelang is, om het voornaamste
articul waarom het den overwalder is te doen, de Rijst„
met nog een halve Rijksdaalder booven de teegenwoordige
al reeds hooge: pagt van 10. rijksd=s p=r Coiang te bezwaaren,
en den handelaar schuuw van dese kust te maaken, door
hem meerder lasten opteleggen, dan op andere plaat„
„sen geheeven worden:
De sterkte der Militie op en langs geheel Iava, bij de ne„
„vensleggende generaale sterkte van den 14=e April blijken„
„de, noteeren wij hier maar, dat actueel aan de vaste
bepaling al weder manqueeren 52. gemeene krijgers
en met die wel 58 koppen hier te samarang en dat
Pijpers zal men overzenden wij de door UwE: Hoog Edelheeden opgeEijschte vijf tamboers
en pijpers, naar de Hoofdplaats zenden zullen.
Met en voor de door uwe Hoog Edelheden gebeneficeerde,
en op andere wijze begunstigde
Dijkman is het commando Dienaaren de schuldige dank afleggende, noteeren
wij
Source citation
National Archives / Archives South Holland, archive number 1.04.02, Inventaris van het archief van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), 1602-1795 (1811), inventory number 3497, Heren Zeventien en kamer Amsterdam, INGEKOMEN STUKKEN UIT INDIË, Overgekomen brieven en papieren, Overgekomen brieven en papieren uit Indië aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam, Overgekomen brieven en papieren uit Indië aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam, 1778. Zevenentwintigste boek: Batavia's ingekomen brievenboek, deel VII: Java's Oostkust
Scan + Transcription
Click on the image to enlarge it and see the transcription next to it
Artificial Intelligence (AI)
The transcription was made by computer via automatic handwriting recognition.
The summary is created by the computer based on a language model.
Both artificial intelligence tasks are not perfect, but often more than sufficient so that the historical document becomes understandable.
The summary is created by the computer based on a language model.
Both artificial intelligence tasks are not perfect, but often more than sufficient so that the historical document becomes understandable.