Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland
archieftoegang 1.04.02, inventarisnummer 2968, pagina 23



Gebruik tekstcoördinaten

Transcriptie

9
Van Gamron den 1e Maij 1759.
Van Gamron den 1e. meij 1759.
een gedoente, met orsen Penn„de haren agterstal te verevenen.
Wi hadden mede wel gewerscht, dat 't ons mogelijk was geweest.
om met 't depecheeren van den Bodam straalen, wat meer der spoed
te hebben kunnen maken, en daar door Uw hoog Edelh: dierbaare gunste
te hebben mogen gewinnen, en overmits de Oortaak en de daar uijt
voort gerleijde onmoogelijkheijd van dien bereeds in orsen, met
dien Bodem versondene humble, in allen nederigheijd en na
waarheijd is ter neder gesteld, so 'tullen wij onder gunstige welduij„
„ding de ootmoedige vrijheijd neemen, Uw hoog Ed:s onderdanigst
voor Oogen te brengen twee Exempelen van derselven aart die weij„
„nig Jaaren te vooren bij 't arrivemant van de scheepen, op so een
tijd hebben plaats gehad, als 't eerste ten tijde van den gezaghebber
abraham van de Welle ter geleegendheyd van 't schip Horssen
in ao 1745. en 't treede ten tijde van den Resident Schoonder
„waart in den Jaare 1751. met 't Casteel van Tieburgh blijkens
afgegaane Brieven aan Uw hoog Ed. s gerigt, en waar aan wij
in alle nederigheijd ons versoeken te mogen gedragen, alwaar.
„omme Uw hoog Ed. s als nog versekeren kunnen, dat 't gansche,
„lijk aan ons niet gehapert heeft, maar wel in teegendeel
dat wij althoos, en met het meeste respect ean Eene gestalt
hebben, in de prompte uijtvoeringe van Uw hoog Ed. s hoog ge„
„schatte beveelen, ten reguarde van dien, so dikwils dit heen ge„
„daan, om welke reedenen wij Ootmoedig vertrouwen, dat Uw
Hoog Ed s ons in der tijd met derselver wijd benoemde inschik
„kendheijd wel zullen gelieven te gewaardigen. —
Voorts zullen wij almeede met g'eerd believen Uwer Hoog Ed. s
melden dat 't opslaan der zuijker alhier in de Pakhuijsen
met geen inxigt of voordagt, maar wel door noodsaang is ge„
„schied, door dien wij tot ons leedweesen tegen alle genomene
precautie aan door de kooplieden, sijn misleijd geworden, 't welk
uijt ons gehouden gedrag in deesen en benaden klaarder aangetoond
waar op wy nederig vertrouwen, dat door Uw hoog Edelh. s
een favorabelder aanmerking zal gelieven genomen te werden
want wij niet gemanqiueerd hebben, om bij straalen 's komste
alhier, de presente molthaenische kooplieden door d' Ed. Comp. e
makelaars te doen versoeken, om bij dns te komen, met in
„tentie om aan haar de gansche lading te verhandelen, haar teffens
verwittigende de ruijmere licentie door Uw hoog Eds. aan Ons so
gunstiglijk verleend. —.
maar niet teegenstaande dit alles en in weerwil van alle favo„
„rable Conditien; vonden wij haarlieden onbewoegelijk, om tot de koop
van een gedeelte veel min van de geheele lading te traden, haar
behelpende met hondert derleg Excrusen, aan desen Landaard in
't bijsonder eijgen, en zier Verdrietig in zaaken die een spoedige
Resol:t vereijschen, waarom wij dan, na rijp overleg te rade wierden
om Uw hoog Ed„s waarde beveelen na vermogen ter uijtvoer te brengen
om desen Bodem met vijn inhebbend Cargnasoen met den Onderk:
en secunde A: van der Wal en den Boekhand. Winkler na Mas.
„quetta te sonden, stekende ten dien eijnde daar toe nog af eenige
kisten met Nagulen en Nooten. benevens een groot gedeelte van 't
hier in voorraad eijnde Thin, met last so ginter mogten slagen
en kare ragen meer van 's Ed. s Comp. s restanten aan de man te
helpen, bij tijds te waarschouwen, om als dan 't g'eijschte met
Jnlandsche Vaartuijgen haarlieden te doen geworden, als vijnde in
deese omstandigheeden onser bedunkens 't eenigste middel om
aan 't aangeschreeven ernstig bevel Uwer hoog Ed:s te voldoen
en welke Conduite wij ook geensints twijffelden, of souden de
goedkeuring van Uw hoog Ed. s ten vollen hebben verdient, wanneer wij
op 't onverwagts daarvan wierden gediverteerd, door dien den Gam
„ronschen Gouverneur molla alie sijah (als doen wederom
door Vrees na Ormus gedreven / den zabandhaar niet boven gem:
koopl. tot ons sond met een paarig versoek, dat wij dog van
dit begonnen voorneemen wilden afsien, en de Lading alhier
na Ouder gewoonte geliefden op te slaan, waar in wij niet wel
kunnende Condecendeeren, als bereede met de voorgenoomene
Reijze te verre gevordert eijnde, ter waare vylieden ons beloven
wilden alle, of ten minsten drie parten van de zuijker finaal
voor haar reeke te neemen, 't welk door 't daar op sterk
aandringen van den rabandhaar dan ook eenpaarig aannamen
alhier
om

GLOBALISE

Bronvermelding

Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland, archieftoegang 1.04.02, Inventaris van het archief van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), 1602-1795 (1811), inventarisnummer 2968, Heren Zeventien en kamer Amsterdam, INGEKOMEN STUKKEN UIT INDIË, Overgekomen brieven en papieren, Overgekomen brieven en papieren uit Indië aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam, Overgekomen brieven en papieren uit Indië aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam, 1760. Negenentwintigste boek: Batavia's ingekomen brievenboek, deel VII: Perzië, Kareek, Kaap de Goede Hoop, Java's Oostkust, Cheribon, Bantam



Ga naar de volgende pagina (24)  Ga naar de vorige pagina (22) Nieuwe zoekopdracht

Scan + Transcriptie


Klik op de afbeelding om het te vergroten en de transcriptie ernaast te zien

Kunstmatige intelligentie (AI)

De transcriptie is door de computer gemaakt via automatische handschriftherkenning.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.

Zoek uw voorouders en publiceer uw stamboom op Genealogie Online via https://www.genealogieonline.nl/