Transkripte durchsuchen » National Archives / Archiv South Holland

Archivzugang 1.04.02, Inventarnummer 1503, Blatt 124

't geen den coopman stull
beter heeft geweten waar
van in 't laaste preuve heeft
gegeven.
„seeker sijnde dat onder de per„
thije volwassenoten ook onrijpe
lopen, dat door 'ther garbuleren
moet geremedieert werden.
den tijt van ses en een half Jaar geschet, werdende
bij drie stux attestatien 27=en feb: 6=en Junij 1691. en
september 1692. bewesen hoe weijnigh en spaarsa
hij stull de ontfange noten gegarbuleert heeft
Hadde stull met de gemelde Lonthoirse noten so
danigh gehandelt, gelijk hij a. o 1691. sijnde gesa„
hebber tot Banda, heeft gedaan, wanneer hij op
eene perthije van 700. weegsels â 230. lb ieder
wel 31 en 36. weegsels tot neira heeft gegarbuleijn dan
zijnde 7 1/½5 ruijm pr C=o, en 't geen hij in sijne remonmalige
strantie van 't selve Jaar wel fijntjes weet aan te
wijsen, dan soude hij na de oude sleur sijn plight
voldaan, en de E: Comp:e buijten schade gehouden heb
Tis wel waar dat tot 't Jaer 1690. gene bijsondere klap
overde slegte conditie der noten ons is te voren gekome
en waar uijt men wel soude kunnen presumeren dat
voor den tijt der Leverantie daar op nauwer reguar=t
genomen is maar 't is ook seeker, dat men nooijt eenig
soo is
tebren
vrugten vande boomen pluckt, waar onder gene onrijnoten
bedor
souden lopen, veel min dat de ontijdige afgevalle note„
niet soude versamelt, en mede onder d'andere perthije
gebragt, en te rooken gelegt werden, bij gevolge
690
gekalkt
edorve
dat