Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland
Transcriptie
34
wat sustenue en advijsen desen
conform a. o 1686. uijt ambon
overgekomen zijn.
1686
bij het advijs vanden seconde willem
Item vanden Coopman moris
Amboina, om door die conniventie eenige sterfte inde bomen
en vermindering in hare vrugtbaarheijt te brengen,
waar over wij doenmaals ook d'advijsen vanden gouvern:r
Robbertus padbrugge en raad ieder in 't bijsonder
vorderden, en daarbij ook, off den inlander ten dien
eijnde met wel vande nagel bomen tot den landbouw
gediverteert soude konnen werden en alsoo ons daar op
bij missive van 3=en septemb: 1686. uijt amboina gere„
scribeert wierd, dat 'er geen hoop was om den inlander
tot den Landbouw te brengen, als teluij zijnde: en
„teweten bij den brief van 3=e septemb dat men het ook geheel ondienstig oordeelde iets vande
nagelen ontrent d' Inlanders te spreeken; Item
dat het door oogluijking in weijnige Jaren soo verre
wel konde komen, dat men weder nieuwe aanplanting
soude moeten doen; soo vinden wijde daar nevens over„
komende advijsen der raads persoonen hier mede ook
geheel concordant, te weten dat van den seconde
persoon indier tijt Willem Basting, die 'er nog dese
scrupule bijvoegt, dat men tegen het uijtgaan der
Ionge bomen sorgen moest, die 12 Jaren staan moesten
ver sij vrugt droegen; Item dat vanden Coopman
Joannes moris, met dese Explicatie, dat de boomen, die
en
ende
Ed:s
nog
Basting
de
als
wat sustenue en advijsen desen
conform a. o 1686. uijt ambon
overgekomen zijn.
1686
bij het advijs vanden seconde willem
Item vanden Coopman moris
Amboina, om door die conniventie eenige sterfte inde bomen
en vermindering in hare vrugtbaarheijt te brengen,
waar over wij doenmaals ook d'advijsen vanden gouvern:r
Robbertus padbrugge en raad ieder in 't bijsonder
vorderden, en daarbij ook, off den inlander ten dien
eijnde met wel vande nagel bomen tot den landbouw
gediverteert soude konnen werden en alsoo ons daar op
bij missive van 3=en septemb: 1686. uijt amboina gere„
scribeert wierd, dat 'er geen hoop was om den inlander
tot den Landbouw te brengen, als teluij zijnde: en
„teweten bij den brief van 3=e septemb dat men het ook geheel ondienstig oordeelde iets vande
nagelen ontrent d' Inlanders te spreeken; Item
dat het door oogluijking in weijnige Jaren soo verre
wel konde komen, dat men weder nieuwe aanplanting
soude moeten doen; soo vinden wijde daar nevens over„
komende advijsen der raads persoonen hier mede ook
geheel concordant, te weten dat van den seconde
persoon indier tijt Willem Basting, die 'er nog dese
scrupule bijvoegt, dat men tegen het uijtgaan der
Ionge bomen sorgen moest, die 12 Jaren staan moesten
ver sij vrugt droegen; Item dat vanden Coopman
Joannes moris, met dese Explicatie, dat de boomen, die
en
ende
Ed:s
nog
Basting
de
als
Bronvermelding
Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland, archieftoegang 1.04.02, Inventaris van het archief van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), 1602-1795 (1811), inventarisnummer 1503, Heren Zeventien en kamer Amsterdam, INGEKOMEN STUKKEN UIT INDIË, Overgekomen brieven en papieren, Overgekomen brieven en papieren uit Indië aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam, Overgekomen brieven en papieren uit Indië aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam, 1693 GGGGG. Derde boek: Batavia, derde deel
Scan + Transcriptie
Klik op de afbeelding om het te vergroten en de transcriptie ernaast te zien
Kunstmatige intelligentie (AI)
De transcriptie is door de computer gemaakt via automatische handschriftherkenning.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.