Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland
archieftoegang 1.01.02, inventarisnummer 3818, pagina 388

Transcriptie

[3] ONtfangen een Missive van den Heere Verelst, haar Hoogh Mogende extraordinaris Envoyé en Plenipotentiaris aan het Hof van sijne Majesteyt den Koningh van Pruyssen, geschreeven te Berlyn den twintighsten deeser loopende maand, Boudende advertentie. WAAR op geen resolutie is gevallen.
[4] ONtfangen een Missive van den Heere Mauricius, haar Hoogh Mogende Minister by den Neder - Saxischen Kreytz, geschreeven te Hamburgh den twintigsten deeser loopende maand, houdende advertentie. WAAR op geen resolutie is gevallen.
[5] ONtfangen een Missive van het Collegie ter Admiraliteyt te Amsterdam, geschreven aldaar den drie en twintighsten deeser loopende maand, houdende, dat op den vyftienden deeser loopende maand de Commisen ter Recherche, zynde op haare Waght aan de Boomen, om de inkoomende en uytgaande Goederen tegens de Pasporten en Laadcedullen te confronteeren, ontwaar waaren geworden , dat uyt een Koopvaardyschip, gekoomen van Topsham, leggende op Stroom, ontlaaden wierden eenige Pack goederen, en lsuspicie hebende, dat dezelve niet conform haare waarde waaren aangegeeven, of wel dat daar onder eenige Goederen moghten gewonden worden, aan dewelcke den invoer der selve by Placaaten van haar Hoogh Mogende, en wel speciaal by het Placaat op den ophef der Middelen te Warer van den een en dertighsten July seeventien honderd vyf en twintigh, was verbooden, aan boord van voornoemde Koopvaardyschip waaren gevaaren, om te sien of de geloste Goederen conform de aangeevingh der Loscedullen quaamen in te houden; dat het gebeurd was dat eenige Schuytevoerders niet alleen sigh daar tegens hadden geopposeert, maar het selve met geweld en verregaande resistentie hadden soecken te beletten en te keer te gaan, dat, niettegenstaande deese resistentie de Commisen door haar vigilantie sulcks tegengegaan, en de geloste Goederen in bewaarende hand gebraght hadden ; dat sy oordeelden dat tot welzyn en maintien van de goede ordrtes en Placaaten, door haar Hoogh Mogende gestatueert tegens die geene dewelcke sigh tegens die recherche aange kant hadden, behoorde te worden geprocedeert; maar gemerckt de dissentieerende sentimenten, dewelcke daar over gereesen waaren tusschen de Seeeden in de respective Provincien en de Collegien ter Admiraliteyt, te weeten aan wie van beyden de judicature over diergelijcke saacken competeert, en dat by de Collegien ter Admiraliteyt altoos was geoordeeld, dat aan haar uyt hoolde van het Placaat van seeventien honderd vyf en twintigh de judicatuure over de saacken van iesistentie en contraventie was gedemandeert, met uytsluytingh van de Magistraaten in welckers Steeden de voorschreeve resistentie en contraventie was voorgevallen, sy tot hun groot leedweesen te meermaalen gesienm hadden, dat daar over disputen zynde gereezen, de schuldige niet waaren gestraft, en dus de wegh tot alle sluyckeryen als het waare opengezet was geworden; saaken dewelcke hun seer ter harten waaren gaande, en waar aan niet genoegh konde worden geremedieert hunnes oordeels: Dat derhalven geoordeeld hadden ter kennisse van haar Hoogh Mogende te moeten brengen de voorschreeve gebeurtenisse, en in consideratie te moeten geeven, of haar Hoogh Mogende niet souden oordeelen best te zyn, om voor te koomen alle verwyderingh tusschen de Regeeringh van de voorschreeve Stad en het Collegie ter Admiraliteyt aldaar resideerende, dat sy in handen van den Hoofdofficier quaamen over te geeven alle sulcke verklaaringen, dewelcke relatie hadden tot de voorschreeve resistertie, om dezelve in staat te stellen van tegens de Schuldigen voor Scheepenen der Stad Amsterdam te kunnen procedeeren, en haar na bevindingh der saacken te doen straffen andere ten exempel, vermits het een yeder Regent in sijn particulier, en voornamentlijck de Regeeringh van Amsterdam seer aangelegen lagh, dat de Middelen te Water op een rightige voet werden geint, waar door de Commercie en Navigatie deeser Landen in Zee eenigermaaten beveylight konde worden. WAAR op gedelibereert zynde , hebben de Heeren Gedeputeerden van de respective Provincien de voorschreeve Missive copielijck overgenoomen, om in den haaren breeder gecommumniceert te werden. En is dien onvermindert goedgevonden en verstaan, dat Copie van de voorschreve Missive gesteld sal worden in handen van de Heeren van Hoytema, en andere haar Hoogh Mogende Gedeputeerden tot de saacken van de Zee, om te visiteeren, examineeren, daar op in te neemen de consideratien en advis van de Gecommitteerden uyt de respective Collegien ter Admiraliteyt, by de eerste geleegentheyd dat alhier by een sullen koomen, en van alles alhier ter Vergaderinge rapport te doen.
[6] ONtfangen een Missive van het Collegie ter Admiraliteyt in Zeeland, geschreeven te Middelburgh den seeventienden deeser loopende maand, houdende, dat den Koopman F. Gaaswyk aldaar sig aan hun by Requeste geaddresseert hadde, en daar by te kennen gegeeven, dat het Schip genaamd Zeebergh, waar van hy Suppliant Boeckhouder was, gevoerd by den Schipper Jan Casteleyn, op den aght en twintighsten November des jaars seeventien honderd een en sestigh van de voorschreeve Haven uytgezeyld zynde na de Kust van Guinea, kort daar aan het ongeluck had gehad om op het Noordelijke gedeelte van de Banck het Gom te biyven, met verlies van het grootste gedeelte der Laadinge, dat eghter uyt het voorschreeve Schip mer veel moeite onder anderen geborgen waaren de quantiteyt van vier honderd vier en veertigh Vaatjes Buskruyt, weegende circa neegen duysend vyf honderd pond, die beschaadight te Douvres waaren opgeslaagen, om aldaar neevens de verdere Goederen te werden verkoght , waar toe noghtans in den tyd van anderhalf jaar geene bequaame geleegentheyd sigh hadde opgedaan, weshalven het voorschreeve Buskruyt van daar op ordre van den Suppliant was versonden na Duynkercken, en thans nogh in die Stad was leggende, dogh nadien het selve aldaar niet konde of moghte worden verkoght, en hy Suppliant dus genoodsaackt was om het gemelde Buskruyt weederom na herwaards te doen te rugh brengen, deselve versoght hadde, dat suleks moghte geschieden sonder betaalingh van 's Lands inkoomende Reghten; dat het gemelde Collegie, na examinatie van de Bescheyden en Attestatien by de voorschreeve Requeste gevoeght, bevonden had dat de positiven van den Suppliant allesints waaren gefundeert, en dienvolgens gemeend liadden op dit geval favorable reflexie te moeten maacken ; vervolgens, om reedenen by de voorschreeve Missive gealsegeert, het voorschreeve versoeck aan haar Hoogh Mogende recommandeerende. WAAR op gedelibereert zynde, is goedgevonden en verstaan, dat het gemelde Collegie ter Admiraliteyt sal worden aangeschreeven en geauthoriseert, zoo als geauthoTiseert word mits deesen, om aan den Suppliant te verleenen de permissie door hem geimploreert, om de gemelde vier honderd vier en veertig Vaatjes Buskruyt van Duynkercken na derwaards te doen te rugh voeren, sonder betaalingh van 's Lands inkoomende Reghten. S ter Vergaderinge geleesen de Requeste van J. Moose, Procureur voor haar Hoogh Mogende, houdende, dat den Suppliant aangesteld was tot Griffier van de Weeskaamer der Stad Middelburgh, haar Hoogh Mogende versoeckende, om hem te verleenen desselfs demissie van gemelde Procureursplaats. WAAR op gedelibereert zunde, is goedgevonden en verstaan, dat den Suypliant van de voorschreeve plaatse van Procur-ur voor haar Hoogh Mogende sal worden gedimitteert, zoo als gedimitteert word mits deesen, en dat het selve Procureurs-Ampt aght daagen vacant sal nlyven, volgens en in conformiteyt van de ordres van het Land.
[7] DE Conclusie van duplicq van Lambertus Sythof, als Procureur van Mr. Johan Gerard Francois Meyners, oud Praesident-Scheepen der Stad Rotterdam, als speciaale last en procuratie hebbende van Eddo Hendrick Teeckenburgh, woonende in de Colonie van Surinaame, in qualiteyt als geweesene Vooghd over de minderjaarigen Laurens Johannes en Anna Catharina Wriedt, Gedaaghde in cas van Revisie ter eenre, op ende jegens Wesselius Brouwer, in qualiteyt als procuratie hebbende van gemelde Laurens Johannes Wriedt , meede woonende in de voorschreeve Colonie van Surinaame, als geobtineert hebbende Brieven van venia selatis van den Hove van Policie en crimineele Justitie aldaar, aanneemende en advoueerende de procedures door Wighbold Crommelin en Walther Kennedy, als Vooghden over den selven Laurens Johannes Wiriedt, als Impetranten van Mandament van Revisie, op ende jegens den voornoemde Eddo Hendrik Teekenburg, in desselfs boovengemelde qualiteyt voor haar Hoogh Mogende gevoerd, mitsgaders nogh op ende jegens den voornoemden Walther Kennedy, als in Huwelijck hebbende de gemelde Anna Carharinna Wriedt, Ilmpetranten in het voorschreeve cas ter andere zyde: IS na voorgaande deliberatie goedgevonden en verstaan, dat gesteld sal worden in handen van Parthyen, om te strekken tot der selver narightinge, en voorts te procedeeren als na style.

Bronvermelding

Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland, archieftoegang 1.01.02, Inventaris van het archief van de Staten-Generaal, (1431) 1576-1796, inventarisnummer 3818, Gedrukte registers van de ordinaris resoluties, 1763

Ga naar de volgende pagina (389)  Ga naar de vorige pagina (387) Nieuwe zoekopdracht

Scan


Klik op de afbeelding om het te vergroten en de transcriptie ernaast te zien

Kunstmatige intelligentie (AI)

De transcriptie is door de computer gemaakt via automatische handschriftherkenning.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.

Zoek uw voorouders en publiceer uw stamboom op Genealogie Online via https://www.genealogieonline.nl/