Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.01.02, inventarisnummer 2713, pagina 33

Ttheme de nootsaakelijkheijd en gehoudentheijd er
kennen. Wij beroepen ons in't hijsonder op de
onveranderlijke practijk van onse Republicq
waarvande Autoriteijt ten minsten behoord op
te weogen die van eenige hij sondere Doctoren An„
dersints te regt geëstimeert en vermaart. Onse
reets aangehaalde resolutien bewijsen tutres
pect, dat wij altijd voorde publique Ministers
hebben gehad, en het menagement dat wij voor
geheijligt Caracter altoos, hebben getoont
bn1 U F: D gelieve dus te oordeelen of wij
niet geregtigt sijn te Eijsschen, dat andere Mo„
gentheeden onse Ministers handelen soo
als de wij de haare doen. Delcciprociteijt
meenen wij, dat ten uijterste billijk is, en
21 F. D: is minder als iemand geregtigt
die aanons te weijgeren, sooter sake van ors
de nauuwe betrekkingen die altijd tusschen
ons heijde Staten sijn geweest, als uijt hoofhe
van eblijken, die wij noch niet lang geleden
aan U H: Dt. hebben gegeven van onte
attentie omderegten van een publicq Minis„
ter te doen respecteeren. Wij laten aan het
oordeel van U Furst: L D: of wij sonderver
ontwaardiging hebben kunnen aansien
dat desselfs Regeering sig selfs de vrijheij,
heeft gegeven omdie te violeeren inden
persoon vande Graaf van Wartensleber. U1
F. Dt. is alte seer verligt, om niet te gevoelen
hoe
32.
hoe seerwij geregtigt sijn te insteeren, op een repa
ratie die authentijcq, eclatant, en geproportion
is aan aan het ongelijk ons aangedaan te meer
met op sigt tot eilat doiralle Landen hier van
insig selve is
gemaakt: want de verongelijking van dien
hard, dat deselve naauwlijks op eenigerleij
wijse gerepareert kan worden.
Ur. Furste L Doorlh heeft ons de se satisfactie
belooft, wanneer wij met de Deductie van desselfs
Regeering geen genoegen souden noemen. Wy
hebben reits inlietvrundelijcke onder het oog
van U F. D gebragt de sterke en solide
reedenen, die ons beletten, daarvan voldaants
sijn, soo dat ons niets overig is, als U Furstel
Doorlht te sommeeren desselfs woord te hon„
den U5 De, doed ons protestatien van
vriendschap enagting, daarmeede wij in een
ordinaire bijd seerwel te Vreeden souden sijn
maar die thans niet genoeg sijn, daarmen
ons voir het oog vangansch Europa een
swaare Injurie heeft aangedaan. U F: D:
sigt ons wel int hij sonder dat deselve noois
voornemen heeft gelied van ons te beleedigen
en betuijgt alle agting en Vrundschap voor
onsen Staat: wij souden sulks in een
anderentijd als desen kunnen gelooven,
maar indesen kunnen wij niet af sijn, een
openbaagg en sigtbaar bewijs daarvan te
vorderen, en kan U Furtel Doorkht ons
dens meij 1764.