Browse transcripts » National Archives / Archives South Holland

archive access 1.01.02, inventory number 12113, page 6

( 4 )
Dat. 277
Rec. 285
January 1761.
Den Heer Minister Bosc de la Calmette.
H0og Mogende Heeren,
Ebbe de eere om aan U 41005 Mog. hier neevens toe te
A senden de Vertaaling van het Koninglijke Decreet raakende
den Tabatshandel, waar van in myne eerbiedige voorige
gewas heb gemaakt: het selve continueert alhier onder het Ge-
meen veel ongenoegen te veroorlaaken, het hunt doende vreesen
dat het te verre mogt gaan, het Ministerie heeft bewoogen, om
by weege van interpretatie van voorsz Decreet, aan alle hoeken
van de Straaten te doen afficeeren, dat het niet raakt de ge
meene Man die sijn Tabak by stuivers (skillings wyse) koopt;
sullende altoos de selfde quantiteit daar voor bekoomen als van
te vooren.
De Konins continueert lis wel te bevinden, dus men lis vleid
dat binnen veinige dagen sijne Majesteit in staat sal weesen om
te beginnen te gaan.
Viets verders op heeden weetende te melden 8 41003 M05.
attentie waardis, Blyve, &c. Koppenhagen den 17 January
1761. Geteekent, C. F. Bosc de la Calmette.
Da. 30 December 1760.
Rec. 28 January 1761.
Den Heer Minister van Kretschmar.
Hoo5 Mogende Heeren,
Aatstleeden Vrydag, zynde den tweede Kersdag, heb ik,
volgens gewoonte alhier, de eere gehad by hunne Majestei-
ten en de Koninslijne tamisie myn opwagtins te doen, en
de complimenten van het laisoen af te teggen: hebbende de ove
rige Heeren vreemde Minitters en de Hovelingen, lis van deele
pligt insgelits gequeeten.
Aen verteekert dat de alhier gedetineerde Jesuiten op laatst
leeden Woensdag eindelijk na verscheide Forten, langs deese R-
vier leggende, getransporteert zyn geworden om aldaar voor l
hun leeven gevangen te itten. Men nad niet minder verwast
van sijne Majesteits barmhartigheid. Alles is nu hier seer stil, en
het is apparent, dat men over het gepalleerde voortaan de Spons
soude stryken, indien het verschil met Roomen bygelegt was.
Men sext niet hoe het daar meede is, exter hoopt men, dat
spoedige en bequaame middelen aan de hand genoomen sullen
werden om beide Hoven te verloenen.
Hoewel het vertrek van de Bahia Vloot op morgen door aan-
geplatte biljetten getireert was geworden, hoord men er nos
niet van spreeken. Men verneemt ook nos niet wie tot Vice
Koning, nos tot Aartsbisschop aldaar, benoemt staat te worden.
Myne onderdanige laatste van den 25 deeser heb ik over En-
geland afgevaardigt; ik neeme de vryheid my aan deselve oot-
moedight te retereeren.
Waar meede, &c. Lillabon den 30 December 1760. Geteekent,
H. van Kretschmar.
Den Heer Ambassadeur Lestevenon van
Berkenrode.
1 )
Dat. 25 January( 1761.
Rec. 2 Febr.
Hoog Mogende Heeren,
En Heer Spaanschen Ambassadeur alhier zyn rappel bekoo-
men hebbende, is den Heer Marquis de Crimaldi tot die
2
Amballade benoemt: en men lext den Marquis de luente
Fuerte, Minister van het Hof van Spagne aan dat van Sweeden,
gedesigneert is om by U Hoog Mog. te gaan resideeren, dog in
welke qualiteit weet men niet.
Hier is tydins gekoomen, dat den Aartshertos Carel, na een
liekte van vier daagen, te Weenen overteeden 1s.
Den Marschalk Hertog de Belle-Isle legt gevaarlijk krank.
Voorts is er my niets voorgekoomen 6 41005 M05. dierbaare
attentie waardis.
Waar meede, &c. Parys den 25 January 1761. Geteekent,
M. Lestevenon van Berkenrode.
Dat. 24 Jan.
1761.
Rec. 2 Febr.
Den Heer extraordinaris Envoyé en
Plenipotentiaris Vereist.

Hoog.-Edele Gestrenge Heer,
EEnige Leeden van de Magistraat te Leypsig, en verscheyde
Lkooplieden zyn op nieuws gearretteert: men heeft van de
meeste van haar brieven geintercepteert, die haar ongeoor„
tootde correspondentie kaar consteeren.
De Lieutenant Generaal van Seidlitz, die sig ruym agt maan-
den hier opgehouden heeft, vertrok eergisteren na Leyplis om
wederom by de Armée te dienen: het is apparent, dat hy ge-
chargeert sal worden met het commando over het Corps (100
als men verseekert gedestineert om de Franschen uit het Erfurt-
sche, en uit het Hertogdom Saxen-Gotha te delogeeren, sonder
het welke de Cantonneerings-Quartieren aan die kant niet secuur
geoordeelt worden: de Franschen ook daar blyvende, souden de
operatien van het begin der aanstaande Campagne seer konnen
betemmeren.
Een Corps Russische Trouppes, sterk twee duisend Man, ge-
commandeert door de Graaf Totleben, heeft nieuw Stettin, ge-
leegen by de Poolsche Frontieren, tragten te surprenneeren, dos
is gerepousseert, en heeft onverrigter saake te rus moeten mar-
cheeren. Een ander Corps, bestaande uit eenige honderd Co-
lacquen, heeft sig insgelijks te Swiebus, niet ver van Crossen,
laaten sien, het geen in laatstgemelde Plaats en ook te Frankfort
eenige inquietude veroorlaakt heeft, 80s de Colacquen wederom
geretireert zynde, is de tranquiliteit aldaar herstelt.
De Generaal Majors Meyerins, Norman, Spaan en Asserschle-
ben hebben haare dimissien verlogt en bekoomen: men segt ook,
dat den Hertos van Beveren, Gouverneur van Stettin, insgelijks
zyn dimissie soude gevraagt en bekoomen hebben, en dat sijne
Doorlugtigheid in Deensche dienst soude overgaan, dog het een
en ander, wat die Prins betreft, komt my tot nog toe voor als
een simpel gerugt, en vereyscht confirmatie.
De Graaf van Rees, Groot-Hofmarschalk, Minister van Staat,
en