Browse transcripts » Amsterdam City Archives

archive access 5009, inventory number 2867, page 8

No. 208
Heden tien April negentienhonderd twaalf
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan:
thazueros Jacobus Breman, kunst„
schilder, geboren te Zwolle, wonende te Blari„
cum, oud zes en veertig jaren, meerderjarige
zoon van Willem Fredrik Breman en Eve„
rarda Elzebe Meuleman, beiden overleden en
Catharina Elisabeth Schouten, zon„
der beroep, geboren en wonende alhier, oud vier en
twintig jaren, meerderjarige dochter van Thomas
Chritien Schouten, directeur eener handelsveree„
niging en Anna Johanna Elise de Hartog:
zonder beroep, beiden wonende alhier.
De ouders der bruid verklaarden, voor mij
tegenwoordig, toe te stemmen in dezen echt.
De beide afkondigingen tot dit huwelijk zijn onverhinderd geschied, alhier en te
Plaricum, den vier en twintigsten en een
en dertigsten Maart laatstleden.
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden
Als getuigen waren tegenwoordig: Jan Binnendijk, zonder beroep
oud zeventig jaren, wonende te 's Gravenhage; Ema
nuel Leonard schaap, koopman, oud zes en vijftig
jaren, Evert Breman, broeder des echtgenoots
architect, oud twee en vijftig jaren, beiden wonende
alhier en Evert Meuleman, oom des echtgenoots„
zonder beroep, oud drie en zeventig jaren, wonende
te Laren in Noordholland,
No. 209
Heden elf April negentienhonderd twaalff
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan;
Joél van der Rous, arts, geboren en wo
nende alhier, oud vier en twintig jaren, meer
derjarige zoon van Meijer van der Kous,
en Betje Bods, beiden zonder beroep en
wonende alhier en
Bertina Sachs, zonder beroep, geboren
en wonende alhier, oud vijf en twintig jaren.
meerderjarige dochter van Löhman Lachs,
koopman en Johanna Wolf, zonder beroep, bei„
den wonende alhier.
Beider ouders verklaarden, voor mij tegen„
woordig, toe te stemmen in dezen echt.—
De beide afkondigingen tot dit huwelijk zijn onverhinderd geschied, alhier den een
en dertigsten Maart laatstleden en den ze
venden dezer.
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig: Henricus Taiser, commissionair
oud vijftig jaren, Abram Boas, kassier, oud zeven
en veertig jaren, Ellazer van der Kous, handels
reiziger, oud zes en veertig jaren, beiden oom des
echtgenoots en Isidore Zechandelaar, zonder be
roep, oud vijf en twintig jaren, allen wonende alhier.
A. Jac. Bremen. J. Binnendyk
t
Ehlen
4Do
EE. Schouten
Anndrr
En Krieeman
E Meulema S
J J: 1. de Hartog.
J van der Kaus J holf
B: Locht
Mane oo J Parer
Lus.
/1
B Boas A Boas=
vendeevan
ISachs-
Ceekenderan