Blader door transcripties » Stadsarchief Amsterdam

archieftoegang 5009, inventarisnummer 1114, pagina 10

Op heden den Vyf en Twintig Januarij des Jaars Achttienhonderd Twee-en-Dertig,
des morgens ten Elf uren, zijn voor ons Ondergeteekende, als Wethouder, daartoe
ingevolge Art. 95 van het Stedelijk Reglement door den Ed. Achtb. Heer Burgemeester benoemd;
verschenen, ten einde een Huwelijk aan te gaan,
Jan Johannis Mastermaker, Geboren en wonende
Achier, Oud Vyftig Iaren (ged=t Oude kerk 20 Jan
1782) weduwenaar van Grietje Elshof, Meerderjarige
zoon van Jan Iohannis- en Labiena Mom beide
overleden. — ter Eene—En
Eliesabet Knebel. Geenberoep, Geboren en wonende
Achier, Oud Pier en Dertig Jaren ged=t Oosterkerk
28 Jani 1798) weduwe van Jan de Lange, Meerderja-
rige Dochter van Hendrik Knebel.- en Johanna
Tiraalman. - beide overleden.— ter andere zijde
De voorafgaande Acten, welke, nevens het zesde Hoofdstuk van het Huwelijk, volgens de Wet
van 25 Ventose van het Jaar Elf, voorgelezen zijn, bestaan, ten eersten: in een Extract uit het
Register der Afkondigingen, behoorlijk zonder verhindering Alhurgeschied den
Vyftienden en Twee en Twintigsten dezer.
ten 2dende Doopcedullen der verloofden.
ten 3derde Doorke zullen hunner vorede Echtgenooten
ten 4den die hunner Onders: En verklaarden ont de
verloofden met de ondergemelde getuigen onder aanboe
van iede den dood, of schoon en bekendheid der plaats van
overlijden of laatste woonplaats hunner Goot Oiders.
waarna wij hun, bij name en afzonderlijk, hebben afgevraagd: of zij elkander aannamen als Man
en Vrouw; het welk door hun, ieder in het bijzonder, met ja beantwoord zijnde, hebben wij in
naam der Wet uitspraak gedaan: dat zij door het Huwelijk zijn vereenigd; alles ingevolge het derde
Hoofdstuk der Wet van 20 Ventose, van het Jaar Elf, en in tegenwoordigheid van
Fredrik Johannes, broeder, Winkelier, Oud Zeven en
Veertig i Jacobus Geryzelaar, Me Metselaar, Oud
Twee en Vyftig Heidrik Geijzelaar, Idem, Oud
Twee en Dertigen en Volkert van Halm, Masten-
maker, Oud ZesenDertig Jaren. — Allen
wonende Alhier.
Zijnde deze Acte door ons vervaardigd en voorgelezen aan de Comparanten, welke met ons hebben
geteekend.
vanwenter
I Johannes
E knebeb
H: Johannes
J: Gryzeliar
Vt van Halen
H= Gayzelaar
8
Op heden den Vyf en Twintig Januari des Jaars Achttienhonderd Twee en Dertig
desmorgens ten Elf uren, zijn voor ons Ondergeteekende, als Wethouder, daartoe
ingevolge Art. 95 van het Stedelijk Reglement door den Ed. Achtb. Heer Burgemeester benoemd
verscheen, ten einde een Huwelijk aan te gaan,
Conrad Friedrich Timmering Broodbakker
Geboren te Holzhansen in Minden, wonende Actier, Ou„
Circa Acht en Twintig Jaren, Meerderjarige zoon van
Johann Hermann Timmering. - Landbouwer, wonende te
Holzhausen en wijlen Anne Marie Charlotte Möller ter Eenen
Alida van Laalen. Geenberoep, Geboren en wonende
Alhier, Ond Eenen Dertig Jaren (ged: Westerkerk 4 De
cember 1801) Meerderjarige Dochter van Dirk van
Daalen. - overleden.en Hanna Drom. — Naarster
wonende Achier.— ter andere zijde
En konsenteerde de Moeder der bruid personeel in dezer Echt„
De voorafgaande Acten, welke, nevens het zesde Hoofdstuk van het Huwelijk, volgens de Wet
van 25 Ventose van het Jaar Elf, voorgelezen zijn, bestaan, ten eersten: in een Extract uit het
Register der Afkondigingen, behoorlijk zonder verhindering Alhier geschieee der
Vyftienden en Twee en Twintig dezer.
Den 2dende Doopcedullen der verloofden: die des
bruidegoms mede inhoudende de Doodcidul zyner Moeden
en konsent zyns Vaders.
ten 3dende Doodcedul des Vaders van de bruid.
waarna wij hun, bij name en afzonderlijk, hebben afgevraagd: of zij elkander aannamen als Man
en Vrouw; het welk door hun, ieder in het bijzonder, met ja beantwoord zijnde, hebben wij in
naam der Wet uitspraak gedaan: dat zij door het Huwelijk zijn vereenigd; alles ingevolge het derde
Hoofdstuk der Wet van 20 Ventose van het Jaar Elf, en in tegenwoordigheid van
Georg Keiser Kaarsenmaker, Oud Vyfen Veertig
Jan van Bruinessen, kruiderier, And Vyfen Dertig
Herricus Adrianus Brons, Tapper, Oud Zeven
en Twintig en en Iohannes Besseling, Convanting
man, oud Zestig Jaren. — Allen wonende
Alhier.
Zijnde jdeze Acte door ons vervaardigd en voorgelezen aan de Comparanten, welke met ons hebben
geteekend.
van Winter
CP Timman
a van daalen Jvan Bruinessen
H A. Brone
anna Drom
Joh Besselingg
910.