Blader door transcripties » Stadsarchief Amsterdam

archieftoegang 5075, inventarisnummer 993B, pagina 376

419„



ten Commandaur aen geseijt wierde darhij
meste vleten, wat hy gedoen hadde, ende noich
zoude Comen te doen, Aldus gepasseert binnen
de voor stede op den 20 Junij 1652: In het
byj wesen van Dirck Jansz Rothans, ende
Siton Jans zelooffwaendige getuijgen
beyde Proveniers Int oude Marrs
Gashuijs alhier gelooffwaerdige
getuijgen met mij notario
Jacob huerluijs
Niclaes marrenelt
Eendick ijanszn wot jans
Syjmon Jansen
Quod attestor
Besck Meijns

4

ƒ
34
ompareerden voor mij Jan Bosch, openbare
420
tot Amstelredamme residerende, ende o den
getuijgen hier naergendemt ee Capiteijn Jacob
voerende
Jansz Hugrluyt Commanteur opt schap
ƒ
Comioudeur over Selader, Jost gecomen uijt de Straet
vlote Jonchst gecomen
Ende Nicolaes Marrevelt deselffs
uijt de Straet
Lieutenout
Ende hebben bij ware woorden, onder presentatie
van eede des nood, ende daertoe versocht zynde, te
versoecke vanden voorss. Capiteijn verclaert ende
geaftrameert
getuycht ende geattesteert hoe waer is, dat
Attimants
zij Getuigen souijt met den voorsshegen
Comende uyt de Straet, van daer Convogerende mer
dese Stadt eenige Coopvaerdije schepen,
op den 22 mai lestleden, des morgens synde de wind
Noortwest hare Cours genomen hebben langes
de Engelsche Custe, ende Comende voor Vaelmuijen
hij aldaer hen outmoet zijn vier schepen van oorloge
die Cruijsten, zijnde den vander veer, ende d'ander
van Rotterdam, ende de twee andere behoorende
onder 't Collegie van den heeren Radester Admiraliteijt
alhier, met namen holla, ende dorrevelt, die
twee a 3 mijlen met hen voort seylende het weder
oft Aftirmanten
van hen affwenden ende zij getuijgen des namiddaagh
omtrent Suijdwester Sonne, Comende bij Goustart