Browse transcripts » National Archives / Archives South Holland

archive access 2.10.02, inventory number 990, page 21

van ongeneer Aoraalf jaren bereikt heeft, dus
niet dadelijk self het bectuur des lando
kan aanvaarden, maar onder voogdijechap
zou moeten staan, van welke regeling, niet
anders als onophoudelijke twiet en twee„
dragt dau te verwachten sijn, even als
vrbeger Hoen D. Dataae als kind tot Voret
gekaren was en het bectuu door zijne mog
der, de koenmalige Viaeng Karoewissie
gevoerd werd, soo meende ik in het be„
lano, van Saniaboni zelf, de gedane keure
niet te magen goedkeuren, tat op grond
der bevoegdheid welke het Kontraet van
1700 daartoe verleent, eene andere verkieling
te moeten verlangen, derwijl ik, wat het over„
brengen der Nijkeornamenten betreft, nog niet
genoegdaam overtuigd was, dat daarvan, soo
als de Sladat voorgaf, werkelijk onterredon„
heid onder het volk en verloop van hetzelve
te duchten paaren.
Ik dehreef dierhalven aan de Sladat
den bijgaanden brief van 15 Mei Il n: 377
waarop is ontvangen haar bchrijven van 25 Mei If de
metedeeling.

8a
La. 8.
mededeeling bekelrende, dat hare keure zieh
nu gereatigd had op Mlaeng Voelos Boeloe
(deselfde vrouw, die zij reeds, doch zonden
mijne voorkennis in de maand Maart ff
verkoos=en dat het volk afkeerig bleef
van het overdenden der oenamenten.
Vroeng, Boeloe oeloe tevens Maeng,
Panjoeanjara is de dochter van den in het
jaar 1636 overledenen Voret Djaija Haroera
en heeft dus Alletins aantpraak op de
voretelijke waardigheid in Sanzaboni zij
is de eerste Nijksgroote van dat Landje
en dchijnt ongeveer veertig, jaren oud.
Omtrent hare gerehiktheid om te regeren,
maak ik mij volctrekt geene illusien,
maar waareek ijnlijk zal zij in dit opligt
niet veel onderdoen voor de andere per„
donan die daartoe in Sanrabani in aan„
merking, komen.
Alsoo tegen hare verhefffing, geene be„
Aenkingen bestaande en onverwylde beelis„
ding noadaatelijk sijnde, soo heb ik onder
Uwer Eecellenties nadere goedkeuring bij den
kopijelijk