Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 2.10.02, inventarisnummer 669, pagina 43

In dat
en mitsdien
N. P. w. d.
1702, 035, 000
ijn rilver. 363, 803. 712
N. P.
10:
8.
736, 931, 388
.
aan koper.
bij Koninklijk besluit van den 13den October 1856.
magtigins verleend zijnde tot den muntsla
20. 92.
000
aan stukken van ts sulden voor Nedert
,
200
is
besloten de boven omschrevene waarde daartoe aan te
wenden.
Het evengenoemde bedras van s
750.
vertegenwoordigt aan sijn uilver
N. p. 7087, 5002. 000 en aankoper
In de aangevoerde
specien zijn voor.
handen
363, 803, 712
weshalve alsnos
wordt vereischt
aan sijn zilver. N. p. 6122. 4962. 288 en aan koy
736, 83
rN. p. 1888, 3492.
Met deren muntslas is nos in de maand December des
vorigen jaars een aanvans gemaakt.
Dit de eerste verendins oude specien uit West-Indie zijn
verkregen.
.
.
.
2, 501, 921 75 gulden stukken
Vit de tweede
300, 370
3, 002, 291 stuks.
te namen
Terwijl echter die werkraamheden uit nootde van een spoed
eischenden muntslas van Standpenningen, evenneer voor Neder
landsch-Indie, zijn moeten gestaakt worden, zullen de bij2on
derheden desweze eerst in het volgende verslas kunnen worden
medegedeeld.
87 Millen.
11
Het Muntcollegie heeft rich, op het verlangen van zijne
Excellentie den Minister van Kolonien, uitgenoodiga gerien
tot het onderzoeken van eene partij souden kohangs, uit Japan
aangevoerd, ten einde voldoende rekerheid te bekomen ten
aannien der waarde van dere specie.
van de 2000 kobangs, in het gewigt onderzocht, sat het
Atal,
stak voor stuk gewogen, voor een tovans
eerste duire
een gemiddeld
112, 2304, 531
.
gewist aan van.

.
van het tweede duirendtat
100dat het gewigt van den kovans kan worden
sesteld op.

11, 230.
333
11.
230, 600
Met vetrekkins tot het gehatte, werd bevonden dat het
gemiddelde van vier proeven op twee honderd namengesmot
ten kovangs bedraagt:
aan
goud
6688. 25 of 6n. 381 73
rilver
3 4. 81156
428, 4370
koper, en2.
3, 3125
0, 03720
10004, 000 of 21, 230. 49
te namen
Dere bevindins is gestaatd door een aantal proeven, op
enkele stukken atzonderlijk genomen.
De uitkomst van dere onderzoekins levert het bewijs dat
ofschoon dere
muntspecie in hare elliptische sedaante veelat
kleine afwijkingen in haren vorm aanbiedt, naar gewigt en
gehatte het kenmerk dragen van groote 20rs en bedrevenheid.
entie den Minister van
bij eene
res
Finantien, van den 23sten Februarij 1865, in- en uithaande
resten, 2. 8. is eene instructie vastgesteld ter regelins der
wijze waarop behoort te worden verantwoord het chloornilver,
aan de kantoren van waarbors op de houden en rilveren werken,