Browse transcripts » National Archives / Archives South Holland

archive access 2.10.02, inventory number 648, page 14

bellijke wijze te doen regelen.
Deze punten selden geene beginselen, noch de
mogelykheid van derzelver toepassing, maar slechts be
eyseringen, welke by, nader onderzoek niet suist zullen
leevonden worden, als men voer oogen houdt, dat daarby
van schade vergoedinge rede is, of eene reumere tyds bepa
ling, omtent voortvlugtigen en derzelver, vertooning, welke
de bestaande omstandigheden noodig maken.
Aleve Excellentie ververlove mij het volgende aan
Here aandacht te onderwerpen:
1e dat de vergoeding voor de laatste cathegorien guulse
mets. ontwerss, belijkbaar en geene redeliske verhoudingstant
tot die der voorafgaande, als men beedenkt, dat het aan
gedieide bedrag slechts voor gezoude slaven zoude verstrekk
worden, en een gezonde slaaf, by voorheeld, van 55 Jareu
oud nog sterk en tot gelyken arheid instaatis als een
manl, 35 8, 110 Jaren.
2 dat de adressanten, ofschoon zich un hemn adres tot
die laatste eathegorien, beepalende, teruggehouden door
de vrees van den schyn van onbercheidenheid ip zich
de laden, nogtans niet hebben over het hoofd gezien, de
meer tarshare onevenredigheid, welke en de suce eerste
eathegorien tot 5 en van 5 tot 10 Jare, is ingeslopen en die
sk niet aarzel voor en namenshen, als ter aanvullin
van hen aches, aan Uwer Excellenties welwellende over„
wegeng te onderwerpen.
voor deze schadeloosstelling wordt un het wetsont
450.

tot en met s jarewoud.
wers gesteld:
75.
boven de 5 tot en met 10 Jarus oud
gemideled
gemeddeld alzoo, voor de eersten: nagenoeg 3 eenten perday
voor de laatsten ruim 4 centen per Hag
Als nu ook voor deze 3eut centeu sier dag, alleen de drvo=
ge mais tot voeeing, by gemeideelde pyzen, zoudle kunnen
gekocht worden, dan springt het in het oog, dat het toerigt,
voral en de eerste jaren, de kleeding en geneeskundige le„
hanseling en verpleging, geheel beuiten die kerekening
vallen en voor deze cashegorien zoo veel te minder kan
gedacht worden aan eene schade vergoeeing welke by
het wets ontwoerst beoogd wordt.
3e. dat, om een aulbachtsman te vormen, de jongelinge
reeds met hun 10. of 12 jaar, in de leer worden gedaan, gewoon
lyk voor 7 jaren, onder beding van zeker bedrag aan den
baas daarvoor te betalen, als hy, by verloop van dientyd,
in het ambacht genoeg bedreven is.
Gedurende al dien tyd blyft het onderhoud, de kelee
ding en geneeskundige verzorging voor rekening van den
meester, die alzoo aan zynen slaaf, tot den ouderdouw van
17 of 19 jaren, geen voordeel maekt maar met denzelven kosten
heeft.
Na dien keertyd plagt het gebruik mede te brengen
dat de leerling, nog een of tet jaren by zynen baas bleef
en voor halff look by hem werkte.
De waarde van ambachtslieden is derhalve veel
hooger dan van slauen zonder eenig bepaale bervep, en dit
so ook het geval met de slavennen, doo als warchvrouwen, naais=
ters enz. De guede timmerman, schrynwerken, metselaar
exsfsmid uz, brengt is jaarlyks gemeddeld aan zynen meer=
ter