Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 2.10.02, inventarisnummer 6381, pagina 18

ander in te atellen.
Was ae tocht, van den oor„
gendag vermoeijend geweet„
hij avas ditmaal voor mense„
en paurd beide, woarlijk af„
mattende.
De wegliep, nueens over
pluteaup of vlateten met
gras ten mandhoogte begroeid
aan weer, doorbooseher, lang„
Alcoip. poadjes, waarover han„
gende takken en doors de le„
nigheid onaerheupen en ge„
wrichten op de aevoarate prae„
stelden deze paden worden den
ook weinig begaan. kleehto ja„
gewoen endeele clineren, door
de winsten bij aen handel in
het Amanoebangeele verlout,
trekken dvor dere geheel onbe„
woonde atreken.
Eindelijk, tegenden middag„
bereikten wij den midselloop
vande noe mina eene der
voornaamste rivieren van
Timar. Hare oevers zijn op
deze hoogte, vlak, met lang
gras en bienen bedeset, wourit
zoo groot een aanstal lontat.
palmen met hare couivense
kruinen intoteken, dat meni„
inlander, uit deze boomen
alleen, door het bereiden van
duiker
duiker voor ziek en lagege
zin een reins bestaan houde
kunnen viiden. Niemand
eehter heeft het, tot heben ge„
evoagd, zick hier niet ter
woor weder te ketten, uit
veere voor de oorlog.en
roofkuchtige Amanoe„
bangers, wviesland aan dee
alreeke paalt.
Naae rivier te paard doer
waad te hebben, reden wij
gedurende een eur doo ee
boock van voornamelijk
goetvang palmen, toen wij
op de groote vlakte van de
Noe=mina debouaheerden
en langs den waird daarvan
voorttrekkende, tot op eenige
palen afstands, van aen
mond dertivies, in het loo„
ge oever. riet bevonaegueee„
den.
hooah, iets op degentolht
veralaggever verwonde„
ning ur hooge mate geand
maakte, dan was het wel
dit, dat nimmer nog ge
trucht is, van deze dui„
rende bouws groote en
voornamelijk voor de
parieeultaut, zoogeëigen
de vlakte, eenig voordeel
te