Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 2.10.02, inventarisnummer 26, pagina 6

Zoo als vroeger is dit, kxamen wederom schriff„
„telyk afgenomen, behalve een deel der geregtelyse
Scheikeinde, hetwelx proesondervindelyk is
ingesteld, en waarvan Uwe Excellentie hierby„
mede schriftelyx verslag ontvangt.
Ik heb het ditmaal ongeveer diee Weken
van des Ochtends acht lleer tot des namiddags.
Vier Uur voortgezet, aan de Jongelieden telkens
eene enkele vraag opgegeven, die zy zonder
boeken, zonder onderling te kunnen wisselen,
zonder het Locaal te mogen verlaten, Schrif„
,telyk hebben beantwoord en waarna zy eerst
dan eene andere Vraag ontvingen, wanneer
allen met de beantwoording der vorige draag„
gereed waren. De antwoorden zyn door my
telkens onmiddelyk opgenomen, geen enkel
heb in tereeggehouden, zoo dat zy wederom
als eene ware eritdruxking hunner keendig
,heden mogen beschouwd worden.
Behalve aan de 1e. Klasse, aan welke it
nog afzonderlyke Vragen gerigt heb, heb it
aan allen dezelfde Vragen voorgelegd. In
de Sakken van Studie, die zy beoefenen, is
er wel een meerder en een minder, maar
geen hooger of lager, zoo dat geen enkele
Hwveekeling in het een of ander geheel on„
„kundig weren mag, maar om het verschil
in Studietyd, en alles niet even verre kan
doorgedrongen zyn.
Loo
Zoo als in het vorige Jaar, hebben de Hwee„
„kelingen nog andere Lessen bygewoond, dan die
in het Programma vermeld zyn = welke alle
opgegeven zyn - Pdss. over Biondere gedeelten
der Scheikunde, als Scheikunde toegepaet op
Landbouw, pharmacentische Plantkunde en
Mikcoskopie. De lessen, over Vergiftkunde
en geregtelyxe Scheikunde, by myn Schryven
aan Uuve Excellentie in het vorige Jaar,
genoemd, heb iss gezegeld gegeven.
Wat de Vorderingen der Noweekelingen beheft:
hieromkent, kan isp in het algemeen een vol„
,doend verslag aan Utwe Excellentie aanbieden.
4e. Klasse, Werjers, die veel onder is dan
de Esreijs, die ook reeds eenige Jaren in eene
Aposheekp had doorgebragt, heeft betrekkelyk
meer geleverd, dan de Greijs. Maar eiit, een
ander oogpunt, beschouwd, de Greijs wederom
meer dan Weyers. Uwe Excellentie kan
zich daarvan door de inzage der Steckken
overtuigen; Wanneer men toch geheel en al
vreemd in zuelke Wesenschappen, na een enkel
jaar beoefening derzelve, dat byeenbrengen kan,
wat de Greijs geleverd heeft, moet, men zynen
tyd goed besteed hebben. de Greijs is dan oor
modest, en arbeidzaam. Weejers heeft goeden
aanleg en zal ongehoeffeld kundig kunnen
worden.
3e. Klasse, Alther gaat, voort, uitssekend
te