Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 2.10.02, inventarisnummer 1605, pagina 438

het laatstgenaemde reglement, in overleg
in met goekkenring der Indinke Commissi„
ledr gewijnigd en door andere vervangen
waren geworden, zonder dat die commissie
bij hare conespontentie van 1863 over de
vereinkte Koninklijke goedkenring daaron
gelet of mij daaron attent gemaakt had.
In het nu inger on den reglement zijn de
reede vroeger aangenomen veranderingen
met nag eenige andere wijzigingen aang„
kayf, Nie door mij, zooveel zij de mede
werking van het Staatsgerag vercincken,
in gerette overweging genomen zijn:
van welke overmeging ik thans deweesn
het van Ul we Encellentie het resultant
mede tedeelen.
Ht. 12 behoort te Noorden aangevuld
met soortgelijke bepaling, als in act. 44
van het Algemeen reglement voor de
protestantsche gemeente op Auba is
op genomen, en waarover handel de Ulue
missive van 11. Mei 1867, Lit. B. No: 20.
Na het wood:, jaarlijks moet alzoo
worden ingevuld:, door tusschen komst
van den Gouverneur van Curacao
een onderhoorigheden en van het Reparte„
ment van Kolonier, onder cachet volant:
ti4. 13 houdt de bepaling in, dat bij
vacature vaneene der beide predik ants.
plaatsen in de geregelde dienst zal woorden
voorsien 8oor den aanwerenden predikent,
onder Hoeregging, van de zijde van het Voofd
van het bestuur, van behoorlijk of wel
tuettig bepaald depoijement. Aen sinde
mitverstand en ontillijke reclames voorte
komer, behoort aun dit artikel den
a frandnlijk alinen te worden toegevoeyd,
in dezen voege:
Het zoo even bedaelde depoijement
zal door den Gouverneur van Curacuo
en onderhoorigsheden saegekend, ut een deel
van het vrijvallende haktement der vace„
ren de predikantsplaats voldaan, en niet
anders dan voor een bepaulden, des
noodig te verlengen Aermijns, Hoegestaan
Woiden.
Cindelijk vereircht ook art. 39 eene
aanvulling stat aanwijring van het ver„
lischte der Koninklijke goed kening
zoo mel voor de eventueele veranderingen
een bij voegselen, als voor de nu gearresteerde
bepalingen van dit reglement. Ik zou dan
meenen, dut aan dit artikel behooren
te worden toegevoegd de woorden:
„en na verkreyen goedkeming des
Konings
Overrijens zijn Aij mij g een bedenkingh
egen de bepalingen van Shet onderwerpe
lijke reglement voorgekomen, en werklaar
ik