Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.05.05, inventarisnummer 7, pagina 16

2
3
de gedagten van Item Meester Steenbakker, in
hoe gerre, het soude weesen practicabel, en voor de
Directie nuttig, om de slaaven tot de Steenbakkerij
behoorende, digt bij dezelve steenbakkerij, te doen
logeeren, om alzoo uijt den weg te ruijmen, het onge„
mak, en moeijte welke er is, om een soodanig aan„
tal van Jolk, dagelijks de Rivier over en weeder
te doen vaaren, op welk point, hij Meester Steen
bakker bij inzending zijner Consideratien aan
Directeuren, teffens bedagt zal dienen te weezen
om bij te voegen alle zoodanige motiven, en reede
nen, welke voor en teegen sortanige veranderim
kunnen weesen en in gevallen dat Hij Meester
Steenbakker van oordeel weesen zou, dat de reede=
nen, waaromme men voortan de Neegersdigte
bij de Steenbakkerij zoude doen logeeren, van
meerder validiteit en gewigt waaren, als die
voor het Contrarij, zullen Directeuren, te gelijk
van hem gerwagten, een plan hoedanig zulks
uijttevoeren en een bereekening, wat kosten, zulks
aan de Directie sou veroorsaaken.
Dat Directeuren met genoegen hebben gesien
de Jmportante reparatie, aan de gebouwen van
de Steenbakkerij, &m den aanbouw van een nieuwe
Loots door hem gedaan, ten welke opsigte, Direc„
teuren van Item requireeren te weeten, of niets
de Gebouwen in ’t generaal, voortaan Swaarder van
steen souden kunnen opgebouwd worden, om alzoo
niet aan soo menigvuldige reparatien bloot te
staan, en dat ten aansien van het verlies, door
hem geleeden in zijn Emnolumenten, gedurende
den tijd, dat het volk niet aan het werk heeft
kunnen blijven, Directeuren, ter vergoeding van
dien, aan hem hebben toegelegd eene somma van
welke op sijn soldij reekening sal
ƒ100: —: —
gecrediteerd worden.
Dat Directeuren wel hebben ontkngen de Lijst
ter slaaven, van de Steenbakkerij, mitsgaders die
van de gedaane afleevering in Anno 3777 welke
verders van tid tot tijd van hem verwagt worden
dog waar bij, Aij Meester Steenbakker, teffens zal
dienen te voegen, een generaale staat, van het
geene in soodanig nar op de Steenbakkerij gemaan
is, beginnende met de qantiteijt, welke, bij den
aanvang van ijder Jaar overig bevonden word, daar
bij voegende dat geene, wat in soodanig mar gebrand
is en aftrekkende de gedaane alleeveringen
soodanig, dat als dan weeder blijkt, wat op het
eijnde van dat jaar nog in voormadis en overblijft
4. Dat ten tijde van den stoenbakker Lotinuus, door
den zelve, aan de Directie zijn overgezonden
monsters van horde granuwe Mappen, door het
in de Colonie steen over gebakke, welke Hteer
alhier door deskundigen geexamineert zijnde,
bevonden is van soodaange goede Rare en spetie
7.
5
2.
te zijn, dat men soortgelijke steen, alhier te lande
nauwelijks soo goed, zog voor al niet beeter sou kuon
nen maaken, dat Directeuren, als nu in lang
geen monsters van steenen, uijt de Colonie hebben=
de ontfangen, zulks als nu van hem Mr Seen-
bakker requireeren, en wel bij eerste gelegenheijd, me
bijvoeging van sijne gedagten, ten opsigte van den
rard der Spetie, daar voor in de Colonie vallende,
en van de duursaamheld der Graauwe Mopper
in de Colonie gebakken wordende.
Dat ten aansien van sijn herhaald versoek, om te
mogen werden geplantst, als Planter, op een der
Colonie Plantagien Directeuren om dezelve redi„
nen, als reeds bevorensaar hem zijn aangeschre
ven, liever zullen zien, dat hij zig bij het werk
der Steenbakkerij bepaale, waar van de voordeelen van
tijd tot tijd vermeerderen zullen terwijl Directeuren
daar en boven niet ongeneegen zullen zijn; Om„
wanneer hij continueert sin post wel warteneemen
en de brlangens der Directie beijvert, aan hem
eenige meerdere winsten toeteleggen.
Sgeleesen de brief van den Heer Raad Pieter van
staden van dato 23 december 1777. Vier Demmerari
ontfangen.
En is goedgevonden daar op te rescribeeren
1=o Dat Directeuren, niet hebbende kunnen favorable re
solutie neemen, op het versoek van hem Heer Rand, om
te werden aangesteld tot Gouverneur van de Colonie
tot dien post hebben benoemd den Heer M=r Pieter
Hendrik Koppiers, welke, in de maand Augusti,
of September, van hier staat te vertrekken.
Dat ten aansien van de door hem Heer Rard overe
zondene aanmerkingen, is dienende, dat Directeuting
op den ontfangst der Lijsten van Ammonitie, op de
Colonie, van dato 3 Julij 1777. alhier overgekomen in
October deszelvs Jaars, gesien hebbende, dat als doen
de buijten posten voorsien, en in het groot magazijn
rog 6 vaten a 50. lb dus 300 ponden Grof en 35.
Erties a 32½ lb dus 387½ ponden fijn, en
rus in ’t geheel nog 487½ ponden Criit in
voorraat was, gemeend hebben, zig op die lijsten
te mogen verlaaten, als in een volkomen ordre geteekend
zijnde door den Heer Gouverneur Jsanc Krecks en
Heeren Rirden, en welke onderteekening geconside=
reert word gedaan te zijn op de Eed, door een yder van
hun, bij den aanvang sijner post gedaan so als
sulks bij de Resolutie van H: H. M. geordonneert
is, dat zij Directeuren aldus zig hebben verbeeld,
meer dan nodig te hebben gesorgd, om de Magazij
nen te voorzien, doen zij met de najaars scheepen
van de Capitains Luijtjes en Rousman, nog heb:
ben versonden 1000 ponden Prof & 625. ponden
fijn kruijt, waaromme heb aan hun, so surpre
nant,