Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.05.03, inventarisnummer 3, pagina 6

Plantagie aen den heere van
Sompelsdijck sal laten
—
toecomen, sullende het
beloop vande voorsz factuij
re aen d’ordre vande voorn
de Coninck en Smijtegedt
werden voldaen.
Present d’ Heeren
abbatti den
11. Jan. 1687.
Pautin Pr:
Godin.
Ontfangen een missive
Van Hulten
vande hoeren Bewinthebberen
vande West Jndische Comp.e ter —
Camere op de Maze geschreven
tot Rotterdam den 4. deses
houdende dat deselve aldaer
hadden genomen seeckere
informatie wegens den on
geoorlofden handel in slaven
gedaen door Willem Jankz
Goes schipper en Jan Wils
Suprabango op het schip den
Coninck Calomon, volgens
de Verclaringen daer nem
vens gevoeckt, en derhal
ven aen deselve geene be„
talinge souden doen van
hare te goede wesende ga„
gie voor nader advis van
7
heeren deser Tafel, ende ver
soeckende te verstaen hoe
danig met het voetwerck
Cocp en bosteliers gereet„
schap als andere scheeps
bekoeften met het voorer
schip de Coninck Salomon
te rugge gecomen, sal die
nen te werden gehandelt,
sendende daerbenevens
de Copie Reeckeningen
vande severantie aen het
gemelte schip gedaen soo
van Coopmanschappen als
van Vivres, mitsgaders
de Lijste vanden vercoop
der Suijckeren met het
gemelte schip van Surina„
me overgebracht, houden
de wijders advis, Waerop
gedelibereert sijnde J goet
gevonden ende verstaen
dat men de gedachte Ca„
mer bij rescriptie ver
soecken sal, aengesien
bij de gemelte Verclarin„
gen niet consteert hoe
veele slaven door den voorn:
schipper en Supralarge
voor hunne eijgene par„
ticuliere Reeekeninge