Browse transcripts » National Archives / Archives South Holland

archive access 1.05.02, inventory number 5, page 14

18
bij den nader op te richten Raad der
den 4 Januarij 1792.
Coloneen, Is naa voorgaande deliberatien
De H.r vwelderen verzogt
goedgevonden en verstaan, dat de Heer
bij zyne Hoogheid te vernemen
of Hoogst dezelve ook goedvond van welderen, eerste Heer van dit Be„
eenige Perroonen aan dit Be
soigni voorte dragen die bij
sogne, zal worden verzogt, gelijk verogt
de W: J: C: in Giergelyke
qualiteiten hebben gefungeerd wordt mits deezen; uit den naam van
het Besogne bij zijne Hoogheid te vernee
men, of Hoogst dezelve zoude kunnen
goedvinden aan de Leeden van het
Besogne voor te dragen, eenige Perroonen
in dezelve of diergelyken qualiteiten gesan
„geerd hebbende bij de nu gedissolveerde west
Indische Compe, die Hoogst dezelve de Be
kwaamste zoude oordeelen, om de voorsz
bedieningen van Secretaris, ontfanger en
Boekhouder Respectivelyk bij de tegenswoor
dige Interims Directie en vervolgens bij den
aanslaande Raad der Colonien waar te
nemen, en bij aldien door Hoogstged:e zyne
Hoogheid eenige zwarigheid hier omtrent
wierd gemaakt als dan aan stoogst dezelve
voorteslaan, of om de voorsz: posten uit vin
Naam
19
den 4 Ianuarij 1792
Naam van het Besogne te offereeren, aan
„1
die geene onder de Geemploijeerdens van de
geweerene West Indische Compagnie die Bij de
zelven in een soortgelyke qualiteit bedient
zyne Hoogheid zoarigheid hebbende, geschikt en geneegen mogten zijn
makende aan Hoogstaerelve
te proponeeren omme de
om de voorsz: posten bij de teegenswoordige
oudste Bediendens van
de gedissolveerde W: J: E
Interims Directie en vervolgens bij den nader
die geneegen & geschikt
mogten zijn te emploijeeren op terigten Raad der Colonien waar te neemen,
wordende begonnen van den ouste af, in dier
voegen dat de oudste alvoraat van de gewee„
zene West Indische Compagnie, goedvindende
de voorsz: offerte aan te nemen, zouden
worden aangesteld tot secretaris: de oudste
Cassier, tot ontfanger, de oudste Boekhouder
tot Boekhouder, wordende gemelde Heer van
welderen verzogt, van ’t antwoord van zijne
Hoogheid op deeze tweeliedige Propositie,
aan het Besogne rapport te willen
doen.
Coth:
Jovis