Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.05.01.02, inventarisnummer 8, pagina 65

den Heer Raadt pensionaris van deeze provintie, op het sub„
ject van de prolongatie van het octroij te gaan Opwaghten
aan de voors. Commissie huijden morgen voldaan hebben, dat
zij Heeren Gecommitteerdens aan welgem: Heer Raadtpen
sionaris met de redenen, daertoe dienende, hebben gedemon„
streert, hoe essentieel het is voor het Jntrest van de Com„
pagnie, dat de Conclusie van het voorsz Octroij niet Langer
opgehouden werde, dat welgem: Heer Raadtpensionaris die
aangaande zigh heeft geëxpliceert, dat 'er bij de Heeren staaten
van deeze provintie in het generaal geen bedenkelijkheijdt ge
maakt wordt, om aan de Comp:e Verlenging van Octroij te
geven, maar dat eijgentlijk de speculatie valt, op wat wije
het voorsz Consent gedraagen zal werden, ende wel parti„
cuzier, off 'er ten genoege van de Compagnie geëxcogiteert zoud
kunnen werden een plan waarbij zonder prejuditie van
de negotie, dewelke door de Compagnie op de Cust van Afi„
ca gedaan wordt, aande particulieren Jngesetenen van dee
Landen onder seeckere Limitatien, de faculteijt gegeven zoo
de kunnen worden, om buijten de ordinaire standel plaa
sen van de Compagnie, op een recognitie, daaromtrent te be„
38
raamen, te negotieeren, dat zij Heeren Gecommitteerdins
niet hebben nagelaten, de difficulteijten, dewelke haar daar
omtrent voorkwamen, aan wel gem: Raad pensionaris Voor„
te houden, dewelke over, ende weeder en het breede behandelt
zijnde, welgem: Heer Raadt pennionaris eijndelijk hadde
aangenomen, aan de Heeren Gecommitteerde Raaden van
deeze provintie kennisse te geven van het verzoek vande pllen
Compagnie, met beloffte om ook ’t zijner tijd t ter vergadering
van de Heeren staaten van deeze Provintie, daarvan gebruijk
te maaken, waerop gedelibereert zijnde, is goetgevonden, end
verstaan, welgem: Heeren Gecommitteerdens te bedanken
voor haare genomen moeite, ende den Heer President voor sijn
gedaan rapport, dogh dien onvermindert te inhererende resolutie
van deeze vergaderingh, dewelke gisteren bij Occasie van de re„
solutie van haar Hoogh mog: indato den 4:de deser, genomen
is.
Ontfangen eene missive van de Heeren Bewinthebberen ter
Camere op de Mare, gesr: te Rotterdam den 4=de deezer houden
de, dat haer Ed gehoopt hadden, dat een van de Leeden van de
voortz Camer, op deeze vergaderingh zoude hebben kunnen
verschijnen, maar dat ’t zelve voor deeze reijze door een ieder