Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.05.01.02, inventarisnummer 597, pagina 12

2.
Aulian de Ribeira Miet Met Meerder als 15 Mannen
in Caracques willen koomen laeten, en de Overige
Manschap is Aan Laquaijee gedebargeert
hoedanig deese d„n fraij Huljan de Ribeira sig Nu
Met den Jnwoonderen vergeleicken wierd, toont de
tijt, uant deese staen Nog immers daer op, dat de
Biscainsche Compagnie geannulleert werde, en sij
haer vrij negotie Met de spaensche schipen die uijt
Europa koomen moogen hebben, offereerende selfs
de benodigten wagten te houden, Omme alle vreemde
Negotien te beletten, het word ook gesegt dat sij Nog„
ses schepen uijt Hispannien Aan Laquaijre ver„
1
„wagtende sijnd
het ma Nu uijtvallen hoedanig als het wil so sien ies
Niets goeds voor deese Eijland te verwagten, want de spraek
Gaet dat de spanjaerden in allen Baijen daar tot Nu
toe eenige Negotie is gedreeven sullen forteressen
Aanleggen, so dat in het Toekoomende Niets Meer ten
Anker aldaer sal kunnen koomen, erge Geen
Negotie drijven.
wij bevinden Ons alhier in een naare Omstandig„
„heijd Opgepropt van goederen, geen gelt, en al
Kunde Men iets verkoopen, so is het vertrouwen
weg, en men weet Nit aan wij iets te sideeren is,
de slaven vol van scheepen, dat Niet sien hoedanig

C
Amsterdam
3
Sij haer Lading bekommen sullen
Volgens bij gaende Cognoissement Remitteere uwe
Ed: gr: agt: in een geEmballeerd vatje Gemerckt
als hier Neffens vier hondert Marck gemunt
silver in vier sacken daar in ieder sack Een hondert
Marck: - - - . a 11¼ p. . P„s 4500„—:—
Courtagie ¼ prC=to . . - - -
„ 11„ 2„—
L4511„ 2„—
van welcken bij God geeve geluckiger aenkomst
Uwe Ed: GE: agt:s gelleven den Ontffangst procuree„
ren te Laeten
Nog remitteere Uwe Ed: Gr:e Agt P:r 1852 a 48 stuyjv„
in Een bodemarij, brief getrocken door Johannes a
Willem Stuijling. op Adrianus Stuijlingh Tot
Amsterdaam /:
P 1852.
â 8 pCto
148„—„—
Ophield
„Cobirtagie - .¼. pC
—
4„ 5„
„ 2004„5„—

Waar van uwe Ed: Gr: Agt: Jnsgeleicken gelieven
het noodige vorderen te Laeten
hier met komt de reekening van de heeren Jngenieur
schrijver deese heeft Over sijn Gagie gedisponeerd
so Even komt een ppaguiard binnen de naven die verhaalt
dat de Gouverneur van Caracques ses maenden tyd sal
gegeeven hebben aende bedientens van de biscaijnische
Compagnie Omme haere schulden in te vorderen, en dat
sij als dan van de kusten vertrecken sullen; als dit Waar