Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.05.01.01, inventarisnummer 8, pagina 4

voorgedragen, dat wij daeromme wel genegen sijn soude
den gemelde heere Doctor tot de voorsz cherge te
versouwen, soo v. E naergenomen Jnformatie meent
-
den dienst vande Comp: daermede Jn soodanige qua„
liteyt ten meesten bevoordert te werden, Edoch alsoo
wij beducht syn, off deselve versocht synde siehsoude
willen laten Jmploijeren, hebben in onse vergaderen
goet gevonden v.E. te versoucken, den selven h.r doctor
eerst van verre daerop te sonderen, en syn 3. genegen
vindende vuit onse name te versomen sith op het
spoedichste herwert te willen vervougen tot onse
Costen, omme dienaengaen naerder by onse gecom.
buit onse vergader te spreben,
waerop 167 spoedich
v. E rapport mondelinge sullen verwachten, ofte
soo daereenige haecken voorgenallen syn, die
v. E. schriftelijk antwoort p desen expressen, alsoo
desaecte als v. E. weethaest vereyst roh
Aenden Generael Lonk
Adij 8. Auqustj 1629
Manhafte, Liene getrouwe
Verhopen dat uwe eerste vloot van alle de Cameren
voor spoedich ende tydelit by den andren sullen sin,
het galliven vande Camer van Seelant, dat wij —
meijnen deese weert zeenemt tijdeli opderende
vons tomen sall, hebben niet willen naerlaten p
het Jacht de Eendracht t gunt nu eenige dagen
zeyl reegelegen heeft te admieren hoe dat segentoor
wi alhier vergadert zynde in alle diligentie besich
syn omme het voorgenomen werdt te voltrecken
daertoe de Cameren yeer Jnden zynen enen naerstich
Eqmperen, sulcx dat wij hoppen, de gantsche vlote
met Godes hulpe op de gestelde rendevons tijdelijk
geheel by den zinderen sult verrnemen, veerthien dagen
off een maent onbegreven, ondertusscen moeten
alhier cortelijk verhalen de sware Jnvidenten t' sedert
V. E. vertreff ons vaderlandt overgecomen, namentlijk
dat den viant den 23. passato des nachtsten 3 vren
by tseloort met twee duysent man, in eenige pouten
over de hel geromen is, op een uijterwaernen de
Velne ende sich zildaer datelick heeft begranen
als mede aen de oversyde, op welck onverwacht
ongevall, datelir eenich rryts spolik derwerts
getrocten is, om haer met gewelt weder over te drijnen
derse haer vatt maerhte maer te vergeefs, mits
sijte wart waren van volck, daerop den Graeff
van Stirum, met eenich paert en voetvolct des andren