Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.04.02, inventarisnummer 9292, pagina 108

98.
Den 24:'n februarij 1682.
van
Abraham hendriksz: „ am„
sterdam mattroosen op de veluwe,
Jacob Jacobsz: van amster„
„dam mattroos op 't jacht
bantam
Ariaan michielsz: van
's hertogenbosch mattroos
op tidoor,
hans broekken van am„
„sterdam mattroos op de mas„
„sangboom,
floris vackel van dorth
mattroosop poelerou,
gillis verbeek van vlis„
singen
Jochum adriaansz van der
goes, mattroosen op de Croon„
vogel,
Johannes van reen uijtten„
haagh kuijper in't quartier, en
pieter pieters: pijn van
rotterdam mattroos op
schieland;
alle sestien 'sheeren gev:s over
een nagt absenteerens.
Jdem heer
Eijss=r
contra
Heere ijsbrandsz: van
bolswaart mattroos op de
griffioen
Jan otto van amsterdam
kistemaker in't quartier, en
Joris fransz: van amsterd=m
mattroos op't jacht bantam
'sheeren gev:s over eenige dagen
absenteerens;—
Den Raad doende recht condemneerd de gev=s
heere ijsbrandsz, en Jan otto geleerst te werden,
en alle de gev:s in een boete van een maand ga„
„gie pro fisco met de costen
:r Conclud:s
P h: Eijl
dat de gev:s sullen werden
geleerst, en gecondemneeerd
in een boete van een maand
gagie pro fisco met de costen;
de gev:s bekennen heere vier
en d' andere ijder twee dagen
absent geweest te zijn;
den Raad doende recht condemneerd
de gev:s in een boete van een maand gagie
profisco met de costen