Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.04.02, inventarisnummer 8598, pagina 71

61.
Van Malacca, onder dato 26=en xber: 1709:
geoordeelt om daar van een Copie hier nevens aff tesenden,
en sal mij nog aan den inhout van dien gedragen, in
verwagtingh dat met het seer g'eert sentiment van u ho:
Edelh„s sal overeen komen alle het geene daar in is ter
nedergestelt; 'tsedert is alhier aangeland den heer
gouverneur Six, en de verdere leden van den nieuwen
aangestelden malaxen raad, dan wat ordres deselve
van u ho: Edelh„s hebben medegebragt is mij als nogh
niet gebleeken; en naar alle apparentie werd dit door
inductie van den Ed=le heer gouverneur Rooselaar
voor mij versweegen, dog om wat reden is mij onbekent;
ick hadde gedagt dat sijn Ed„le eens tot een regtmatigh
begrip soude sijn gekomen, dan het sal (buijten allen twijffel:)
sijn Ed: pretense vrees van verwijdering sijn, off dat
sijn belegde valsche attestatien sijn Ed: reedeloos doen
blijven; ick hebbe den heer gouverneur Six versogt dat
hij wilde de goetheijt hebbe van den Ed„le heer rooselaar
te versoeken, dat sijn Ed: in mijn bijwesen nu eens soude
seggen wat tot mijn pretense lasten hadde in tebrengen
en dat van mijnentwegen voor geen verwijdering was te
vreesen, alsoo mij noyt als met de reden heb beholpen
dan hebbe de occagie niet gehad van sulx te kunnen
vernemen; hoog Ed: heer, en heeren ick vermeene
(onder reverentie:) dat het alhier deregte plaats is, om de
waarheijt daarvan te ondersoeken en uijt tevinden;
en ingevallen ick mij souden derven onderwinden om
van het secreet en wijs besluijt van u ho: Edelh:s een
beseffing tewille formeeren, soo soude als dan moeten
oordeelen dat u ho: Ed„s om geen andere redenen den
gouverneur
F.