Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.04.02, inventarisnummer 8231, pagina 45

35
Van Macassar den 20 Meij 1756.
alle
„man van de punten en wagten met volle wapenen
na de pavade plaats quamen gelopen, sonder wa
Commandos van den adjudant te willen Luijsteren,
roepende door hem adjudant niet meer gecommandeert
te willen sijn; Ladende een yder in tusschen hunne snap=
=haven met scherp, en marcheende vervolgens sonder
ordre naar de puije van het gouvernement, onder
het roepen, sij wilden de Gouverneur spreeken, wan=
=neer d' twee Eerst ondergeteekendes /: op desen bewee
„ging bij den andere gekomen sijnde :/ buyten traden
vragende wat haar lieden begeerte was, daar met een
verwand geroep, den een dit, den ander dat op versogte
sonder dat men door het verwand gedruijs hun naar
Eijsch konde beantwoorde /dog door d' gouverneurs
gereconmandeert sijnde, dat een ijder sig in stilte
na syn bescheyde panten en wagten souden begeven
en aldaar aan hunne posthouder opgeven, wat zij te
versoeken hadde, dat men hun als dan, in alles het geene
reedelijk en doenlijk was zoude te gemoet komen, 't geen
soo veel uijtwerkte dat zij ijder naar hunne posten af
marcheende
Waar na door den Capitain Commandant Ben=
=jamin Petzold aan d' Gouverneurs over handigt wierd
Een Rapport wegens hunne versoeken, Bestaande in,
Eerstelijk dat sij door den Adjudant Saltsman
niet meer mogten werden gecommandeert, ten Tweede
dat geene quartjes van hunne goede maanden mogte
gekort werden
Ten Derden dat geene vrijwerkens verder mog
=te gehouden werden, of wel het geld daar voor aan
haar liede te pantageeren,
Ten vierde Een vrije passagie door de water
poort. —
Ten vijfde permissie na het tampong boegies
te mogen gaan, ter inkooping van victualie
sen