Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland
Transcriptie
13
met beleijdt uijt gevoerd hun ligt doen over
gaan, om sig te laaten venden en wij
begrijpen dus als nog, dat het middel
door de Japansche Bediendens selve aan
de kand gegeven, om bij weijgering van
reedelijke Termen, de scheepen sonder
last breeken weeder te laaten vertrekken,
het eenige sal weeten efficatieus genoeg
tot bereijking van 't oogmerk
Wij kunnen UE dit steek niet genoeg
aanbeveelen en inhaveren daar op ten sterkten
ons voormelde aanschrijvens van 20=e
december 1787, in die versekering, dat hoe
zeer hier ook het belang van 's Comp=s
Bedandens mogt wesen gecomplomit=
teerd, dit egter geene in fluentie sal
hebben in een besluijt; waar door megelijk
alleen de Gewenste verbeetering sal
kunnen worden uijtgewarkt
No. 169.
Waar uE nu de Japanders hadiden laaten
voorhouden, dat de last van twee scheepen 's Jaars
En dewijl eene onderlinge Handel Op
doe waards te senden, door de Comps niet
De Taffachelassen een articul sijnden, waar
wederkeerig voordeel moet gegrond sijn
konde worden gedraagen sonder verbeetering
op sig seer gesteld sijn, en door welkers aan=
meenen wij, dat diergelijke articulen, gelijk
2
=voer men hen over het niet volledig v oldoen
in den Handel en vermeerdering der peijser,
de gingemis taffachelas waar van men
hadden wij ons niet voorgesteldt dat er nog thans
weeder twee scheepen soude sijn aangelegd
en sulks in een tijd, dat emen be=
Swaarlijk moest verwagten, om daar
voor toereijkende laading te zullen
kunnen bij een brengen gelijk, dit dan
ook niet sonder veel moeijt schijnt
gelukt te zijn, en waar toe zelvs eene
hoeveelheijd van 50000: lb Lood, voor den
Chinaasen handel geschikt uijt het schip
Nierlands welvaaren heeft moeten
worden geligt, en wij sullen uE: motiven
tot deese extpeditie afwagten, om er ons
als dan nader over te expliceeren;
schoon wij niet kunnen ontveijnsen, dat
de selve ons voorkomt als weijnig
geschikt, om aan de voorige drang-
reedenen bij de Japander tot het be=
koomen van meerdere voordeelen in
den handel, klem bij te setten
F:o 170:
Sig
hadden
hunne
met beleijdt uijt gevoerd hun ligt doen over
gaan, om sig te laaten venden en wij
begrijpen dus als nog, dat het middel
door de Japansche Bediendens selve aan
de kand gegeven, om bij weijgering van
reedelijke Termen, de scheepen sonder
last breeken weeder te laaten vertrekken,
het eenige sal weeten efficatieus genoeg
tot bereijking van 't oogmerk
Wij kunnen UE dit steek niet genoeg
aanbeveelen en inhaveren daar op ten sterkten
ons voormelde aanschrijvens van 20=e
december 1787, in die versekering, dat hoe
zeer hier ook het belang van 's Comp=s
Bedandens mogt wesen gecomplomit=
teerd, dit egter geene in fluentie sal
hebben in een besluijt; waar door megelijk
alleen de Gewenste verbeetering sal
kunnen worden uijtgewarkt
No. 169.
Waar uE nu de Japanders hadiden laaten
voorhouden, dat de last van twee scheepen 's Jaars
En dewijl eene onderlinge Handel Op
doe waards te senden, door de Comps niet
De Taffachelassen een articul sijnden, waar
wederkeerig voordeel moet gegrond sijn
konde worden gedraagen sonder verbeetering
op sig seer gesteld sijn, en door welkers aan=
meenen wij, dat diergelijke articulen, gelijk
2
=voer men hen over het niet volledig v oldoen
in den Handel en vermeerdering der peijser,
de gingemis taffachelas waar van men
hadden wij ons niet voorgesteldt dat er nog thans
weeder twee scheepen soude sijn aangelegd
en sulks in een tijd, dat emen be=
Swaarlijk moest verwagten, om daar
voor toereijkende laading te zullen
kunnen bij een brengen gelijk, dit dan
ook niet sonder veel moeijt schijnt
gelukt te zijn, en waar toe zelvs eene
hoeveelheijd van 50000: lb Lood, voor den
Chinaasen handel geschikt uijt het schip
Nierlands welvaaren heeft moeten
worden geligt, en wij sullen uE: motiven
tot deese extpeditie afwagten, om er ons
als dan nader over te expliceeren;
schoon wij niet kunnen ontveijnsen, dat
de selve ons voorkomt als weijnig
geschikt, om aan de voorige drang-
reedenen bij de Japander tot het be=
koomen van meerdere voordeelen in
den handel, klem bij te setten
F:o 170:
Sig
hadden
hunne
Bronvermelding
Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland, archieftoegang 1.04.02, Inventaris van het archief van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), 1602-1795 (1811), inventarisnummer 3907, Heren Zeventien en kamer Amsterdam, INGEKOMEN STUKKEN UIT INDIË, Overgekomen brieven en papieren, Overgekomen brieven en papieren uit Indië aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam, Overgekomen brieven en papieren uit Indië aan de Heren XVII en de kamer Amsterdam, 1791. Drieënveertigste boek: Batavia's ingekomen brievenboek, deel VII: Japan, Malakka
Scan + Transcriptie
Klik op de afbeelding om het te vergroten en de transcriptie ernaast te zien
Kunstmatige intelligentie (AI)
De transcriptie is door de computer gemaakt via automatische handschriftherkenning.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.
De samenvatting wordt door de computer gemaakt op basis van een taalmodel.
Beide kunstmatige intelligentie taken zijn niet perfect, maar vaak ruim voldoende zodat het historische document begrijpelijk wordt.