Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.04.02, inventarisnummer 1503, pagina 114

't gene dande peijne niet waardig is,
om ons in perijkel van verlegenth=t
te stellen.
wij wensten dan wel, dat den gouvern. r
soo plotselijk ons geheijm voorden
luijen inlander niet ontdekt hadt —
waar tegen dan ontrent het stuijten
der aanplanting weder andere behen„
dewijl uE: ho: Ed=s bij missive van 30=en Septemb: 1689: 3e
dane
melden, dat den vertier wat wackerde die in voorige Jare,
maar 250 Ø lb geweest was behalven nog de winsten hier
in India op de nagelen: en soude men dan om het voor af
uijtschieten van 10. tonnen gouts in 12 Jaeren op een
quantiteijt nagelen, die wij niet weten hoe seer deselveon
na desen nog souden konnen te pas komen, d'E: Comp: soo
ligtveerdigh in perijkel stellen, van nadesen gebrek van dat wij
soo een winst gevende whate te konnen lijden; om dit
laatste wensten wij nog wel allermeest, dat den gouver
neur en raad ontrent dit verbieden der aanplanting tot ensoo
indesen
onse nadere ordre gesupercedeert, en ons secreet niet ge
openbaart had, waar door den Luijen inlander nu een
voet gegeven is, om het rigeur der vorige placcaten
wanneer weder aanplanting en suijvering nodig sal zij
te konnen eluderen, en d' E: Comp:e haerer eijgen verbod
voor oogen leggen; 'tgeene men, indien het naarstige
arbeijders waren, niet te vresen had, nog ook bevorens
soodanige poenaliteijten en aandringingen nodig ge„
weest waren. dit dan nu soodanig verhoetelt zijnde,
digheijt gebruijckt sal moeten werden. sal die rol nu wel verder gevolgt dog getragt moeten
werden ontrent het sluijten der verdere aanplanting soo
veel behendigheijdt te gebruijken, dat het na desen d'E:
Comp:e tot het verkrijgen van de vereijke quantiteijt na„
gelen niet kome te obsteren; en hierom is het ook geheel
hierom
soo ver
wij
van
endeex
Caij
was