Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.04.02, inventarisnummer 1503, pagina 91

3
30
boinesen buijten de provincie tegen
den overvloet der nagelen welgoet
maar om de vrese voor sluijkerijen
ren onraedsam was —
conform ons gevoelen
ten derden, dat men bij hartneckigh=t
'tgene bij ons wel geamplecteert
Amboina verwecken konde, welk sustenue wij na rijpe over„
weging gefundeert geoordeelt, en dierhalven bij missive
van 25=en Februarij 1689. na amboina gesz: hebben,
dat wij om die redenen mede als nog tegen de Extirpatie
aansagen
ten anderen, dat de vaerz deram, Ten tweeden, is bij missive van 13=en maij 1688. en 12=en
maij 1689. uijt amboina geadviseert, dat men wel
veele nagelen, tot polongs konde doen schieten, wan„
neer men de inlanders toestont volgens hare groote
genegentheijt na alle quartieren buijten die provincie
tevaren, maar dat het al te groten deure voor de sluijke
vrijen openen soude, en daarom best nagelaten diende
te blijven; soo als wij dat ook, bij onse brieven van 25 feb
1689: en 15=e Feb: 1690: na dat gouvernement soodanig
begrepen hebben.
Ten derden, bij gem: brief van 13=en maij 1688. dat men
met de quastieutse omen ken redervellen in cas van intricate en hartneckige geschillen tusschen
d' Inlanders over eenige nagelboomen, alle die quaestieuse
bomen tot poene van hare onreckelijkheijd soude kon„
nen doen omvellen; 'tgene wel bij onsen brief van
25 Feb: 1689. geamplecteert, maar gel: als men uijt
Amboina ook g'adviseert had, dat de inlanders sulx ten
eersten

den.
bij
el
t
,
we
was,
het