Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.04.02, inventarisnummer 1279, pagina 22

Banda
Ternate
onmenschelijck onder de inlanders woeden. daer
wij ons buijten houden, maer ingevalle voortgaen,
gelijck gerucht wiert dat voornemens souden sijn te
doen, ende haer onderwinden oock kisser, Letij &=a
aen te tasten, soo en sullen wij niet connen naelaten
ons daervan gevoelich tesonen, onse wacht op kisser
seer bequaem sijnde gelegen, om een oogh op deselve
te hebben. maer en heeft geen ancker plaets, voort
melden degeciteerde advijsen niet dan van een goeden
ende gerusten toestant; van rijs was de provincie
nu wel voorsien. —
van Ternate sijn hier weder terugh gecomen 2o. junij
Claverskercke, ende 28en julij 't Jachtje Cochin over macas¬
„sar. met welck eerste ons een brief is toegecomen van
den presid=t abraham verspreet ende den raet van 20.
maij insgelijcx van geen onaengenamen inhoude;
mette Coningen mandarsaha, ende die van Tidor, ende
Bachan bleven wij in goede intelligentie: gelijck
haer Hoogheden malcander nu oock beter begonden
teverstaen, dan voor desen. ende daer door de E: presid=t
noch verder toe gearbeijt wiert, voornamentlijk om„
trent mandarsaha ende saifodin ende om haer eens
bij malcander te crijgen: onse leste brieven waren
deselve aengenaem geweest ende waerop sij dan
Ternaten
=. toegeponden, nevens het appetorp achter, het
met Claverskercke voornoemt oock beleefdelijk ge„
antwoort hebben, ende en scheen die van Tidor
oock aende zeeroverijen die men hem telast
heeft geleijt, soo schuldigh niet te wesen als men
wel heeft gemeent; ende om welck nader te be„
wijsen hij aengenomen had devoir aen tewenden
om eenige sulcke schelmen in handen te crijgen,
ende nae verdienste tedoen straffen. gelijck sijn
hoogh=t nu oock vrijwilligh afsctant hadde ge„
daen ten behoeve van de Coningh van Bachan —
vande 90. huijsgesinnen Papoures eenige Jaren
tusschen haer in questje geweest zijnde: oock
de Comp=e volle licentie vergunt tottet vorder
nae speuren der bewuste gout mijnen, 't welck
dan oock te geschieden staet; sijn Hoogheijt
was nu geheel lam geworden. —
de Coningh mandarsaha scheen het resigneren
van 't rijck bij sijn leven aen sijn soon nu
weder uijt desin gestelt te hebben; dat goet
is. Een stoute gast sijnde die hem alte met
niet ontsiet self sijn heer vader te affron„
Tot manado scheen het werck sich nu beter tewillen
schicken dan tevoren. het Christendom naem
teren
met
van
4. diverste, m
rongen nae
Lochim versonden, te
dmo April
Compt.
ewel
P=r Transport - - - - ƒ 975425: 2:13.

ewry
doen, en ly
5