Browse transcripts » National Archives / Archives South Holland
Transcription
stand guppen, dog nettemen ook niet ongeneegen, om
aan de Lucksche Ingezeetenen de permissie te
vergunnen, om de graanen, die op hunne Landenge„
onder de bovengemelde Distaccten gewassen zyn,
ingelyk te kunnen profileeren en uylvoeren, mits
eene legaale verklaaring en de noodige voorserge
daar bij kome, om alle abuiren ten dien opzigte
te praevenceeren, en dat het insgelyx aen de Ingezeeen
van deeren Staat, dewelke Landeryen ofte graanen
hebben op de Landen van Luyyk gewassen, gepermit„
,teert werde, dezelve ook onverhindert te mogen
ophaalen en genieten; Dat eendelijk, belangende
het derde poinct, en de voorsz: memorien vexvat, waar
by verlangt wert, dat alle Brandeuyn Stookerijen,
zoo in den Voenhove, in de Elf Banken van St. Sexvaar
en Dorpen van redemtie als in de Landen van Overmaze
insgelyks tot den Se. September aanstaande, zouden
mogen verbooden worden, Haar Hoog mog: wel mogen
lyden, dat, bij aldien zij Heeren Commissarissen geen
middel weeten te vinden om de Heeren Commissarissen
van de zeyde van den Heere Punee en Bisschop van
Luijk van dat poinct te doen desisteeren; daar
omtrent faciliteit gebruckt worde, dog dat haar
Hoog mog: gaarne zouden ren, dat en dat geval
het zelve Verbod inbgelijks alleen relatief gemaakt
urende tot het Stooken van Graanen, gepavenieert
van Landen, tot het terutoir van een der beede
Heeren Puncen behoerende, sonder daar in meede
te begreppen het gebruuk van Graanen, van Vreemde
Landen
Landen komende; dan, Waar omtrent met te vien
aan hun Heeren Commessaressen teyheid gelaaten
ward, zeg te schicken naar het voorgeslaage
Plan van die van de Luyksche zyde, by aldeen daar
by absolutelyk werd gepersisteert; Vertrouwende
haar Hoog mogende, dat onder deeze mitzen en
beepaalingen geen verdere swarigheit gemaakt
zal werden, aan de zyde van Hooggemelde Zyne
Hoogheid, om de Vayen Uytvoer van Graanen uit
Hoogst deszelfs Landen naar de Stadt van
maastricht wederom als te soeen open te stellen,
en gepermitteert te laten:
Dat de Heeren Commissarissen vervolgens werden
geauthoreseert, om van het gent voorschreeven
es, in de nadere Onderhandelingen met Heeren
Commissarissen van de Luyksche zyde, het nodige
gebruck te maken, en dezzelver Antwoord op de
laast overgegeeve memorien van dezelve Heeren,
op deen voet interigten, en wanneer zy het daar
ver, gelyk vertreuwt wad, te ramen eens zellen
zijn, fenaal met dezelve, deen Conform, een
accommodement, op wederrydsche approbatie, te
M
sluyten.
d'Ablaing Gietsenbuegh
Accondeert met voorsz: Register.
8. Fagel.
aan de Lucksche Ingezeetenen de permissie te
vergunnen, om de graanen, die op hunne Landenge„
onder de bovengemelde Distaccten gewassen zyn,
ingelyk te kunnen profileeren en uylvoeren, mits
eene legaale verklaaring en de noodige voorserge
daar bij kome, om alle abuiren ten dien opzigte
te praevenceeren, en dat het insgelyx aen de Ingezeeen
van deeren Staat, dewelke Landeryen ofte graanen
hebben op de Landen van Luyyk gewassen, gepermit„
,teert werde, dezelve ook onverhindert te mogen
ophaalen en genieten; Dat eendelijk, belangende
het derde poinct, en de voorsz: memorien vexvat, waar
by verlangt wert, dat alle Brandeuyn Stookerijen,
zoo in den Voenhove, in de Elf Banken van St. Sexvaar
en Dorpen van redemtie als in de Landen van Overmaze
insgelyks tot den Se. September aanstaande, zouden
mogen verbooden worden, Haar Hoog mog: wel mogen
lyden, dat, bij aldien zij Heeren Commissarissen geen
middel weeten te vinden om de Heeren Commissarissen
van de zeyde van den Heere Punee en Bisschop van
Luijk van dat poinct te doen desisteeren; daar
omtrent faciliteit gebruckt worde, dog dat haar
Hoog mog: gaarne zouden ren, dat en dat geval
het zelve Verbod inbgelijks alleen relatief gemaakt
urende tot het Stooken van Graanen, gepavenieert
van Landen, tot het terutoir van een der beede
Heeren Puncen behoerende, sonder daar in meede
te begreppen het gebruuk van Graanen, van Vreemde
Landen
Landen komende; dan, Waar omtrent met te vien
aan hun Heeren Commessaressen teyheid gelaaten
ward, zeg te schicken naar het voorgeslaage
Plan van die van de Luyksche zyde, by aldeen daar
by absolutelyk werd gepersisteert; Vertrouwende
haar Hoog mogende, dat onder deeze mitzen en
beepaalingen geen verdere swarigheit gemaakt
zal werden, aan de zyde van Hooggemelde Zyne
Hoogheid, om de Vayen Uytvoer van Graanen uit
Hoogst deszelfs Landen naar de Stadt van
maastricht wederom als te soeen open te stellen,
en gepermitteert te laten:
Dat de Heeren Commissarissen vervolgens werden
geauthoreseert, om van het gent voorschreeven
es, in de nadere Onderhandelingen met Heeren
Commissarissen van de Luyksche zyde, het nodige
gebruck te maken, en dezzelver Antwoord op de
laast overgegeeve memorien van dezelve Heeren,
op deen voet interigten, en wanneer zy het daar
ver, gelyk vertreuwt wad, te ramen eens zellen
zijn, fenaal met dezelve, deen Conform, een
accommodement, op wederrydsche approbatie, te
M
sluyten.
d'Ablaing Gietsenbuegh
Accondeert met voorsz: Register.
8. Fagel.
Source citation
National Archives / Archives South Holland, archive number 1.01.02, Inventaris van het archief van de Staten-Generaal, (1431) 1576-1796, inventory number 9043, De bijlagen bij de resoluties van de Staten-Generaal / De ingekomen delen en dossiers, afzonderlijk verzameld in series / Verbalen en rapporten van bezendingen van de Staten-Generaal aan de provincies en Generaliteitslanden (binnenlandse verbalen) / Bezendingen aan de Generaliteitslanden / Staats-Limburg (Maastricht, Landen van Overmaze en Overkwartier van Gelderland) / Rapport van de gedeputeerden Assueer Jan Torck van Rosendael en Cornelis Jacobi de Cadier wegens hun bezending aan de stad Maastricht in verband met conferenties met de commissarissen van de bisschop van Luik over het verbod van uitvoer en granen uit het Land van Luik naar Maastricht alsmede over de weigering van transito van granen door het Land van Luik afkomstig van de Elf banken van St.-Servaas en de dorpen van redemptie
Scan + Transcription
Click on the image to enlarge it and see the transcription next to it
Artificial Intelligence (AI)
The transcription was made by computer via automatic handwriting recognition.
The summary is created by the computer based on a language model.
Both artificial intelligence tasks are not perfect, but often more than sufficient so that the historical document becomes understandable.
The summary is created by the computer based on a language model.
Both artificial intelligence tasks are not perfect, but often more than sufficient so that the historical document becomes understandable.