Blader door transcripties » Nationaal Archief / Rijksarchief Zuid-Holland

archieftoegang 1.01.02, inventarisnummer 8162, pagina 23

Dog naardien de: fortificatie werken
binnen de provintien van Gelderlandt
en Overijssel, met den aanvang vanden
jongsten oorlog, merkelijk vergroot en
vermeerdert hebben moeten worden, om„
na de heedendaagsche manier van oorlo„
,gen, bestant te konnen zijn: en derhal„
,ven onmogelijk is geworden, deselve
behoorlijk te onderhouden uit de quotes
van die beide provintien inde post van
En ge: voorde fortificatien binnen de
provintien, op den Staat van oorlog uit„
,getrokken, (welke post vanden aanbeginne
buiten reeden, over de respe. provintien
quotes gewijze is verdeelt, en tot nog
toe alsoo gebleeven, nog ook uit laats
respective contingenten inde bovenge
,melde 4o gt, is, al op den 25e. Maert
1717, voorgeslagen, dat inde verdeeling
200
in 9e; de volgende
vande voors: post van
verandering soude behooren te wor„
,den gemaakt, te weeten, dat den aan„
„slag, vande provintie van Gelderland
soude worden verhoogt van f 11220:
op f18000:, en den aanslag van
de provintie van Overijssel van
7142: 0: 0: op f 12000: 0: 0:; en dat
ten dien einde f 6000: 0: 0: souden wor„
,den genoomen vande quote van de pro„
,vintie van Utregt, die van alle de
provintien de minste, soo eenige forti„
,ficatien heeft te onderhouden, en de
rest vande quote vande provintien
van Zeeland en Vriesland, welke wel
eenige fortificatien hebben te onder„
,houden, maar niet in vergelijking
vande provintie van Holland, en Stad
en Landen; off wel, indien de ver„
,deeling vande voorsz: post van
200
znge. sodanig soude moeten blijven,