Browse transcripts » National Archives / Archives South Holland

archive access 1.01.02, inventory number 4663, page 19

is, of gemelde Heere Descau wel anders gecon„
sidereert kan werden als Minister van hoogst„
gedagte Sijne Majesteijt als Ceurfurst, niet te„
genstaende hij met eenige saken van Groot
Brittannien soude mogen wesen gechargeert.
dogh ingevalle hij door het Hof van Sweeden
aen het welck gesonden is, voor Minister
van den Coningh van Groot Brittannien,
als sodanigh werd geconsidereert en erkent,
ende andere aldaer sijnde vreemde Ministers
daer aen acquiesceren, dat hij Heere Rumpf
sigh daer tegen niet sal opposeren, maer
sigh daer na gedragen, ende dat hij onder„
tusschen soo lang het voorschreve point
indecis soude mogen wesen, alle collisie
soo veel mogelijk sal eviteren, ende sigh
gedragen ontrent den Heere Discau, soo
als sigh ontrent den Heer Bassewitz
gedragen heeft.
Veneris den 23 January
1728.
Praeside ter Vergaderinge de Heer van Schwartzenbergh.
Praesentibus in het besogne de Heeren Singendonck,
van Wassenaer, Eelbo, Velters, van Renswoude,
Schwartzenberg, Haersolte, Tamminga met
de Griffier Fagel.
missiven Gallieris. Ontfangen verscheijde brieven van den
Changement van
Resident Gallieris, geschreven te Regensburg,
Metternick.
successivelijk den 1, 5, 8, 12 en 15 deser, gead„
dresseert aen den Griffier Fagel; houdende
advertentie op het subject vande veranderinge
van Religie vanden overleden Grave van
Metternieck
6.
Metternick, Minister van den Coningh
van Pruijssen bij de Ryxvergaderinge. Waerop
geen resolutie is gevallen.
propostie. Deurelinx De Griffier Fagel heeft aende Heeren haer
tot Vicaris in de
Hoogh Mogende Gedeputeerden gecommuniceert
Meijerije voorgesla„
gen. gereprobeert, een billet van den Baron van Keppel;
Nominatie van
Hoogschout der Stad en Meyerye van ‛s Herto„
vier andere, aen
genbosch, waer bij gevoegt waren eenige
den Hoogschout
Keppel.
Attestatien met een brief vanden Proost
van St. Servaes Wijnants, in faveur van
seeckeren Deurelinx, Pastor tot Wessem, welke
voorgeslagen wierde, om te wesen Vicaris
inde Meijerije van ‛s Hertogenbosch; waerop
gedelibereert en reflexie gemaeckt sijnde op
seeckere informatien van een andere kant
ingekomen, raeckende de gemelde Deurelinx,
Is goedgevonden ende verstaen, mitsdesen
te gelasten gemelde Griffier Fagel, om aen
gemelde Hooghschout bekent te maecken,
dat hij den gemelden Deurelinx tot Vicaris
inde Meyerije van ‛s Hertogenbosch niet
sal approberen nogh admitteren, ende
dat aen hem sullen werden opgegeven de
Namen van Vier Priesters, die hij tot het
voorschreve Vicariat sal mogen voorslaen.
te weeten.
Sigmans, Pastor te Gestel, Landdeken van
Kempeland.
Vander Putten in het Clooster te Ommel, Werelts
Priester, Landdeken van Peeland
Rijckevorstel, Pastor te Loon op Sand, Landdeken
te Geertruijdenbergh
en van Ceulen, Pastor te Heusden, Landdeken
van het Quartier van Heusden.
Sabbathi