Browse transcripts » National Archives / Archives South Holland

archive access 1.01.02, inventory number 11509, page 18

en de uitvoering van dat project, in hem
daar toe van het nodige voorzien.
Dat of wel dit laatste niet te gelooven, en op
de verdere raporten geen voekomen Staat te
maken was, de ministers op Ceclon echter
nodig hadden geoordeeldn voor het behoud van
CCompagnies bezittingen, meer dan de gewoone
zorge te dragen; die berigten vervoegens ter
gemelde vergadering overwogen zynde hebben
Bewindhebberen geconsidereerdn dat niet alleen
door het vyandelijk gedrag van de Beerenden
der Engelsche Compagnie, reeds een important
nadeel aan de Needereandsche Maarschappy,
was toegebragt, maar dat ook daar uit
zonder tusschen komst van Hoger Macht.
veel ligt nieuwe moeylykheeden tusschen de
twee Compagnien zoude kunnen ontstaan.
Het geen in den Jaare 1759 in Bengale is voor„
,gevallen. En het gedrag dat de Engelschen als
nog by continuatie in dat Land houden,
De onderhandelingen waar in het ministerie
van Madras wet het Hlop van Candia is getree„
geduurende den Oorlog, die de Nederlandsche
Maatschappy zedert den Jaare. 1761. tot 1766.
op Ceilon heeft moeten voeren. De fournissemen.
ten van Kruit en Lood, welke, ter dier tyd aan
de Candiaanen zyn gedaan, voor al de ad„
sistentie, die de Engelschen nu laast invoegen
gemeldn aan den Louba van Carnatica hebben
verleend. En andere gebeurtenissen teedertenige
jaaren in de Indien voorgevallen. dyn zoo spree„
,pende en zoo doorslaande bewypen van het geen
de
75.
de Bediender, der Engelsche OostInde sche Cor„
„pagnie, in weerwil van de subsisteerende
Tractaaten, en ongeacht de ordres hunner
superieuren, durven onderneemen, en uit te voeren,
dat tegens derzelver verregaande desseynen
met te veel omzigtigheid en voorzorg kan
worden gebruitt.
Bewindhebberen houden zig egter ten voelen
verzeekeren dat alle die vyandelyke en ongeoor„
loofde behandelingen van de gem: Bedienden
direct swyden met de intentie en de beveelen
van zyne groot Buttannische Majesteit.
en stellen teffens zoo veel vertrouwen in de be„
„tuigingen welke de Directeuren te Londen meer
,maalen hebben gedaan, van hunne geneegenheid
tot het onderhouden van eene ongeschonden driend
,schap met de Nederlandsche Maarschappy, dat
zy niet kunnen vermoeden, dat gemelde Direc„
,teuren het voorzeide gedrag hunner Bedienden
zouden willen goedkeuren, min nog dat deeze
daar toe door hunne superieuren geauerhoriseerd
zouden zyn, dog met geene rekerheid voorzien,
nog bepaald kunnende worden, of en in hoe
verre meergenoemde Engelsche Bedrenden, de
hand zouden willen leenen ter uitvoeringe van
de dessanen die volgens de voorschreeve berigten
ten nadeele van de Neederlandsche Maatschappy
zyn gesmeede Hebben de Bewindhepberen ter gem
vergaderinge gecommitteert, zig genoodzaakt
gevonden ook weder in dit geval, de gunstige
protectie van Uw Ho:Mo: voor de Nederlandsche
Oost Indische Mbaatschappy, met alle eerbied te