Browse transcripts » Drenthe Archive

archive access 0114.45, inventory number 23, page 13

N. 3
opere matn
ty de kladnde
cutten het me Ede
hij ternegen den waarde
katende it jeme
met d gunden die
de kantser en anhon
sen laten ter rederyde
van Uit verkechte
mogten aankongen de
gt doar en eenpend
hijllngs de ryte van
uit markeltmit
dies
Jme
JM
dE
A
111
voor mij Meesten Hendtrik Jan Lersten Naha
rid residerende te stangenen Aorndissenen
Ssten procncie Drinthe, Compereerde in den
tegenwoodigheid dee natendenene getuigen
Klaas Barends koekteek vermenn aande
te tevegeneen
Dewelke verklaarde onder mijnarin en me
regten verkocht te hebben soon Andelyk te
venwaarden met luiten en renten regten en
gezegtigheden, in- uit- en oornegen daaran
verbonden zonder ietsman o nadeeligs ven
zict te behunden aen lamdert ten van den
stof arleide waande in het kerkenmeld
gemeente rendmelde de mede sinperwen
Ve in koop verkleerde aentenenen
De geregte helft in den overhulden eigen-
door van twee huizen benuttende dtrie tangen
en erf, benevens een perceel buurland en
heideneld gelegen op de myke in nt Land
Heer in het kerkenveld gemeente zinden
de en aldaar kadestrang bekend en Latie
C. numero 488 grant vyfennzestig Ellen en 1254
gedeeltelyk grant ten Bunders rytenzen
tie roeden wyj enwijtte Ellen
Den wikhepent in het geheel aangekond
akte van Scheidmer op den wykllen Noende
achttienhonderd eenenveestig daar mij dat ovan
in tegenwooudigheid van getuigen vertellen
En vooorgeschreven ten kante van hij potte
ken te Assen den zesden December achttien
derd eeveveertig deel 240 numvro 27
Deeze koope verkung in geschied van den
som van driehonderd en vijftig Guldens
van melke gelden een verkanten uitskert
op zelten te helben ontvangen de lenved
tweehonderd vjftien Guldens en duna
te ginteren ,tewijl de thoosen hunnte
uesterende kouppenningen ten bedragen ward
honderd Guldens te zillen betalen op den
eersten en achttienhonderd tweeenzestig
aarvan akte
Gedaan en vertllen te Hungeneend ten Kantore
van my Notaris op hebben den zevenden Renu
vy achttienhonderd tweeenzestig en de tegen
voodighen van Jakan Philip Minkeme
man 1 Aan klerk noumed te saagemen
Cvan Bersteld touthen, lendkunnen onende
in de gemeente rendmalde als getuigen die
tenevens den Comparanten zij my notaris e
ken zynd seblende Cotrente ede
getoogen den inute dezer den n myne ze
tad gebleven namlezene nevent