Blader door transcripties » Stadsarchief Amsterdam

archieftoegang 5075, inventarisnummer 12867, pagina 162

Op den Achttienden October des jaars seeventien hondert ses en sestig compareerden voor mij Hermanus van Heel Notaris te Amsteldam bij den Hove van Holland geadmitteert. 18 October D Mejufrouw Hetronella Frensen huisvrouw van de Heer Jacob Gerard Koch en generale gemagtigde van deselve haar man vol geals pwceratie op den 29e. Maart 1734 voor de Notaris L. van der Haghe en getuigen te Door nik gepasseert, woonende de comparante te Door nik, taans zijnde binnen dese stad, ter eener de Heer Ruthgerus Henricus Koch ter and woonende binnen dese stad, ter andere sijde. sijnde de voorw. Heeren Jacob Gerard Kook, en Rilthgerus Heuricus Koch, mitsgaders Jufvrouwe Conhia Jacoba Koch en Elisabeth Catharina koch de eenige ervgenaamen ab intestato van hien broeder Maidus Lambertus Koch, die te st Enstathus is overleeden en nevens deselve de eenige ervgenaama ab intestato van hn broeder Joan en Baptista hock; de ledert 1750 is vermist seer waarschijnelijk is overleeden, en dewelke aldus te saamen de eenige kinderen en ervgenaama ab intestato sijn geweest van Jufvrouw Johanna Catharina van Malsem weduwe van wij naud Koch gewoont hebbende en overleeden sijnde binnen dese stad, en vermits de voornoemde Jufvouwe Cophia Jacoba Koch en Elejabeth Catharina Koch bij seeker onderhandsch geschrivt op den 5e October deses jaars 1766 te Doornik getekent, 't geen de comparante aanneemt te sullen versorgen, dat in behoolijke ordie Notaris nal sal werden geconfirmeert, van haar lieder aandeelen soo in de nalatenschappen van haare moeder als broeders hebben gerenuntieert, ten deesen eeniglijk n alleen gerechtigt. te kennen geevende, dat de voornoemde Jufvouw Johanna Catharina van Malsem weduwe van wijnand Koch in der tijd binnen dese stad nege tie hebbende gedaan, naa haar over lijden die negotie een genunne tijd is gecontinueert, welke negotie heeft gegaan soo op de naam van de weduwe wijnand Koch als van de weduwe wijnand Koek en soonen waar in haar comparantes man de Heer Jacob gevard Koch en de Heer Ruthgerus Peuricus Kock meede sijn geinteresseert geweest, die firina van handel zijnde gecesseert, door de comparanten aan ekanderen is gedaan behoorlijke reekening en verantwoording van 't geen tot die handel en compagnieschap behoort met al het geen daar toe betrecking heeft, als ookr wegens al het geen specteert tot de nalaten schap van hen Comparanten behuwdmoeder en moeder en die van de aandeele der overleedene Allardus Lambertus Koch en vermisten of overleedene Joan Baptista Koch daar in