Blader door transcripties » Stadsarchief Amsterdam

archieftoegang 5009, inventarisnummer 1116, pagina 14

Op heden den Twee enTwintig Augustus des Jaars Achttienhonderd Twee-en-Dertig, des morgens ten tien uren, zijn voor ons Ondergeteekende, als Wethouder, daartoe ingevolge Art. 95 van het Stedelijk Reglement door den Ed. Achtb. Heer Burgemeester benoemd: verschenen, ten einde een Huwelijk aan te gaan, Johann Heinrich Meier. Suikersrafnadeursknecht Geborem te Schledehausem, wonende Alhier, oud AchtenTwintig Jaren, Meerderjarige Zoom van Christian Meijer Afwezig, en Luise Dorothea Potts, werkster teSchledehausen. - ten Eene; En Maria van Bredérode, winkelierster , Geboren te Haarlem, wonende Alhier, oud Twee en Twintig Jaren Meerderjarige Dochter van Dirk van Brederode, in Militoire Dienst Overleden - en Alida Schraders, geen beroep, wonende Alhier.- ten andere zyde.— En konsenteerde de Moeder der Bruid personeel in dezen EchtDe voorafgaande Acten, welke, nevens het zesde Hoofdstuk van het Huwelijk, volgens de Wet van 25 Ventose van het Jaar Elf, voorgelezen zijn, bestaan, ten eersten: in een Extract uit het Register der Afkondigingen, behoorlijk zonder verhindering Alhier geschied den Vyfden en Twaalfden dezer ten 2en de Geboorte Cedullen der Verloofden En verklaarden ons de Verloofden met de ondergemelde getuigen onder aanbod van eede namelyk eerstgemelde de afwezigheid zyns vaders zedert zyne geboorte en Laatst gemelde den dood haars vaders in militaire Dienst zonder daar van echter instaat te zyn hier van eenbehoorlyk bewys te kunne produceren.— waarna wij hun, bij name en afzonderlijk, hebben afgevraagd: of zij elkander aannamen als Man en Vrouw; het welk door hun, ieder in het bijzonder, met ja beantwoord zijnde, hebben wij in naam der Wet uitspraak gedaan: dat zij door het Huwelijk zijn vereenigd; alles ingevolge het derde Hoofdstuk der Wet van 20 Ventose, van het Jaar Elf, en in tegenwoordigheid van Arij van Jaalen Timmerman, oud zes en zestig. Jurgen Heinrich Pelster, geen beroepg oud zeven en Veertig Philip Wil helvy Aulman, kleerenmaker oud zesen vyftig, en Friedrictn Eisenbrand varken Slagten, oud Achten Twintig Jaren.- Allen wonende JAlhier.— Zijnde deze Acte door ons vervaardigd en voorgelezen aan de Comparanten, welke met ons hebben geteekend verklarende de Echtgenoote niet te kunnen schryve vantinter J H Mreier P: W: Anbouwr Twiedene Cosenbrand F Averdsins A Van Galen y op A Belster Op heden den Twee en Twintig Augustus des Jaars Ao eid Twee-en-Dertig, des morgens ten tien uren, zijn voor ons Ondergeteekende, als Wethouder, daartoe ingevolge Art. 95 van het Stedelijk Reglement door den Ed. Achtb. Heer Burgemeester benoemd verschenen, ten einde een Huwelijk aan te gaan, Nicolaas van Blijenburgh, Timmermansknecht Geboren te 's Gravenhage, wonende Alhier, oud zes en Twintig Jaren (ged:t 27 Oct=r 1805) weduwenaar van Gerritje Dekker, Meerderjarige zoom van Jan van Blyenburgh en Catharina Jansen. — beide Overleden. — ter Eene En Anna Boos geen beroep, Geboren en wonende Achien oud Drie en Dertig Jaren /ged=t Noorderkerk 2 Juny 1799. Meerderjarige Dochter van Mattijs Roos, en Elbrigie van Swacten. — beide overleden. — ter andere zyde. De voorafgaande Acten, welke, nevens het zesde Hoofdstuk van het Huwelijk, volgens de Wet van 25 Ventose van het Jaar Elf, voorgelezen zijn, bestaan, ten eersten: in een Extract uit het Register der Afkondigingen, behoorlijk zonder verhindering Achier geschied den Twaalfden Negentienden dezer te 2 Doop bedullen der Verloofden ten 3en de Dood Cedul der vorige Echtgenoote de Boruudegon ten 4=en de Dord Cedullen hunner Ouders: En ver klaarden ons de Verloofden, met de ondergemelde getuig onder aanbod van eede verklaarde den dood, ofschoon onbekendheid der plaats van Overlyden oflaatste woonplaats hunner Groot Ouders.waarna wij hun, bij name en afzonderlijk, hebben afgevraagd: of zij elkander aannamen als Man en Vrouw; het welk door hun, ieder in het bijzonder, met ja beantwoord zijnde, hebben wij in naam der Wet uitspraak gedaan: dat zij door het Huwelijk zijn vereenigd; alles ingevolge het derde Hoofdstuk der Wet van 20 Ventose van het Jaar Elf, en in tegenwoordigheid van Gerard van Blyenburgh, broeder Timmmermansknecks oud Dertig. Adriaan Adriaans, kantoorbediende oud vierendertig, Gerrit van Wyk, Broodbokker, oud drie en Dertig; en Jan Sieborgh, geen beroep, oud Twee een vyftig Jaren. — Allen wonende Alhier Zijnde deze Acte door ons vervaardigd en voorgelezen aan de Comparanten, welke met ons hebben geteekend. van Winter N v Blenburgh 1 A Roos J: Van Blijenburgz A Adriaans K: G Van Wijk ieter