Blader door transcripties » Stadsarchief Amsterdam

archieftoegang 5009, inventarisnummer 5668, pagina 18

No. 127
Heden vyftien Maart negentienhonderd zes en twintig
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan:
Roelof van Mourik, schoenmaker, geboren in de
gemeente Kamerik, wonende alhier, oud drie en
veertig jaren, van echt gescheiden echtgenoot van
Heiltje de Kruif, meerderjarige zoon van Corne
lis van Mourik, en Krintje Kroes, beiden over
leden, en
Atsia Elisabeth Heer, zonderberoep, geboren
enwonende alhier, oud vierentwintig jaren meer
derjarige dochter van Stefanus Hier, koop,
man, en Jacomina Hendrika Johanna Ham
mega, zonder beroep, beiden wonende alhier
Bij deze akte is tevens overgelegd een proces- verbaal
vantusschenkomst van den Kantonrechter te kun
sterdam waarwit blykt, dat de ouders der bruid
op de oproeping niet zijn verschenen.
Voorts is overgelegd eene geneeskundige verkl
ring waaruit blijkt dat de bruid niet in
staat is, zich ter voltrekking van haar huwe
lyk naar het huis der gemeente te begeven-
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier enindige
meente zoest, den negenden Januari laatstleden
De bruidegom verklaarde met toestemming der moe
der bruid bij deze te erkennen, een kind genaamd:
Johannes Hendricus Heer alhier geboren op vyf
Juni negentienhonderd vierentwintig; zynde dit
kind reeds door de moeder erkend bij akte op
acht October negentienhonderd vierentwintig ver„
leden door den Ambtenaar van den Burgerlijken
stand alhier
Bruidegom en bruid verklaarden, de eerste
met toestemming der tweede bij deze te erkennen
een kind genaamd: Elizabeth Jacoba Krijntje
Heer alhier geboren op vyfentwintig Februari
negentienhonderd zesentwintig
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staan
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig Johannes Hendricus Terwee
schrijver, oud drie en dertig jaren, Johannes
Hendricus Wilhelmus Recourt, bode, oud drie en
veertig jaren, Hijmman Metzelaar, schrijver, oud vier
entwintig jaren, Lambertus Adrianus Christiaan Elfe
ring schoenimaker, oud negen en veertigjaren, Gerrit
de Winter, klerk, oud achtentwintig jaren en 70„
hannes Faber, bode, oud eenenveertig jaren, allen
wonende alhier, zijnde dit huwelijk voltrok
ken in het huisstaande Eerste Helmers
sttaat nummer honderd vier
Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
NNo. 128
Heden zeventien Maart negentienhonderd zes en twintig in
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan:
Jacob Schaap, handelsagent, gebo
ren inde gemeente Ouderater, wonen
de alhier, oud twee en dertig jaren.
meerderjarige zoon van Josua Schaap
en Betje Mossel, beiden zonder beroep en
wonende alhier, en
Titske Rudolphus, zonder beroep, ge
boren en wonende alhier, oud eenender
tig jaren, meerderjarige niet erkende
nahuirlijke dochter van Jitske Rudolph
overleden
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den zesden
dezer maand
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
als getuigen waren tegenwoordig: Alexander Schaap, broe
der des echtgenoots, handelsagent, oud zes
en dertig jaren, en Johannes Adolf Frederik
Renardel de Lavaletse accountant, oud
achtentwintig jaren, beiden wonende alhie
W Mekelaa
P van Houk
L A CEfering
H C Heer
Merin
Azahg
Gaewvinter
Fansstervant
EOee
AVnaah.
Skaaf
JRudolphen
AVzah
1