Browse transcripts » Amsterdam City Archives

archive access 5009, inventory number 5627, page 10

No 602 N. 602 Bij vonnis der Arbedeenent Rechtbank te Amsterdam van tien Juni negentien honderd negen en twintig is uitge sproten de ont binding door echt schliding van het in nevensstaan de akte vermelde huwelijk In ge. schreven in het register. van Ru welijken en Echt scheidingen num mer een 6, folio drie te Amsterdam heden negentien Juli negentien honderd negen en twintig AZahy Heden dertig September negentienhonderd vijf en twintig zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een Er huwelijk aan te gaan: agent eener levens verzekeringsmaatschap Johan Wilhelm van der Zant py, geboren en wonende alhier, oud drieën twintig jaren, meerderjarige zoon van Johan an Wilhelm van der rant, oud zesenveertig jaren, hoofdagent eener levens verzekerings. maatschappij, en Hermina Swart, oud vijftig jaren —, zonder beroep, beiden woonende alhier en Willemina de Wit zonder beroep, geboren en wonende alhier, oud eenentwintig jaren, meerderjarige dochter van Jan de Wit, overleden en Jacoba Clara Gelderblom, zonder beroep, wonende alhier De ouders des bruidegams verklaarden voor mij tegenwoordig, toe te stemmen in dezen echt. De molder der bruid heeft, blijkens hierbij overgelegde authentieke akte, in dezen echt toegestemd De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den negentienden September laatstleden Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden. Als getuigen waren tegenwoordig: Roelof Swart, grootvader des echtgenoots oud eenenzeventig jaren, en Roelof Swart, oom des echtgenoots oud negenenveertig jaren, beiden zonder beroep en wonende alhier. Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen. No. 603 Heden dertig September negentienhonderd vijf en twintig zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een huwelijk aan te gaan: Johannes Cornelis Franciscus Roestal handelsreiziger, geboren en wonende alhier, oud vierentwintig Jaren, meer derjarige zoon van Johannes Cornelis Franciscus Roestal, oud zestig jaren, slijter van gedistilleerd, wonende al hier en Janna Wilhelmina Passet, overleden en Gesina Cornelia Anna Hendrika van den Boogaart, zonder beroep, geboren en wonende alhier, oud tweeën twintig jaren, meerderjarige dochter van Cornelis van den Boogaart, oud eenen vijftig Jaren, brandstoffenhandelaar en Catharina Maria Openty, oud achten veertig jaren, zonder beroep, beiden wonende alhier. De vader des bruidegoms en de ouders der bruid verklaarden, voor mij tegenwoordig toetestemmen in dezen echt De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den negen tienden dezer maand Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staan verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden. Als getuigen waren tegenwoordig: Gerard Theodorus Benink, zwager des echtgenoots, bouwkan dig -teekenaar, oud eenendertig jaren en Cornelis Willem van den Boogaart broeder der echtgenoote welkslijter oud vijfentwintig jaren, beiden wonende alhier Waarvan akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen. J Jam RJugs R.Gwart 1 H de Wit. MoOl JW van en Zant H twurs J. C. F Roestal Jr C M Apentir G.C.D.H. v/d. Boogaart GJHBeumk. Wvol 8 /8 J E F Hoestal OBoogant Ent Boopaait