Browse transcripts » Amsterdam City Archives

archive access 5009, inventory number 4920, page 12

No. 807
dissements. Rechtbank
11 06
Bij vonnis der Arron¬
te Amsterdam van
achtentwintig Mei
negentienhonderd zesen
twintig is uitgesproke
de ontkinding door
echtscheiding van het
in nevensstaande akte
vermelde huwelijk.
Ingeschreven in het
register van Huwe„
„lijken en ochtscheidingen
nummer een a, folio
zevenenveertig vers
te Amsterdam, heden
zevenentwintig Augustus
negentienhonderd
zesentwintig
H doger
Heder el November neentendenden wieg
Jacobus Cabelens kleermaker,
zijn voor mij Ambtenhar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
en huwelijk aan te gaan
ei geboren en wonende alhier, oud twee
den en twintig jaren, meerderjarige zoon
rote van Jacobus Cobelens, oud twee enzestig
jaren. — koopman, wonende alhier, en
Anna Duijn, overleden en
Ekter
Welmoed Maria Prinsen, zonder
beroep, geboren en wonende alhier, oud
ne
4is twee en twintig jaren meerderjarige doch
ter van Theodorus Pinsen, oud vijf en zes-
gjaren. en Welmoed Maria Kater, oud
strs
vierenzestig jaren. - beiden zonder beroep
en wonende alhier. De vader zes bruide
goms en de ouders der bruid verklaarden,
voor mij tegenwoordig, toe te stemmen in dezen
echt
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den dertig
sten October laatstleden
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk aan elkander zijn verbonden.
Ds getuigen waren tegenwoordig: Johannes Hendriu
rinsen, broeder der echtgenoote, meubie
maker, oud een endertig jaren, en Cornelis
Oversteege, zuager der echtgenoote, smid, oud
een en dertig jaren, beiden wonende alhier.
Waarvan -" welke overeen"moctig de wet is
No. 887
Heden elf November negentienhonderd vijftien
zijn voor mij Ambtenaar van den burgerlijken stand van Amsterdam verschenen, ten einde een
huwelijk aan te gaan.
Johan Heinrich Friedrich Jansen
werkman, geboren en wonende alhier.
oud negen en twintig jaren, meerder
jarige zoon van George Jansen, oudvier
envijftig jaren, assistent der posterijen, wo
nende alhier, en Wilhelmina Frederika
Geertruida Zahme, overleden, en
Maria Christina Vis, zonder beroep
geboren en wonende alhier oud dertig jaren
meerderjarige dochter van Pieter Vis, ver
gulder, en Christina Maria Siegers,
zonder beroep, beiden wonende alhier.
De vader des buuidegoms verklaarde
voor mij tegenwoordig, toe testemmen in dezen
echt.
De afkondiging tot dit huwelijk is onverhinderd geschied, alhier den dertigsten
cober laatstleden
Ik heb bruidegom en bruid afgevraagd of zij elkander nemen tot echtgenooten en
getrouwelijk alle de plichten zullen vervullen, welke door de wet aan den huwelijken staat
verbonden zijn. Nadat deze vragen door hen bevestigend beantwoord werden, heb ik, in naam
der wet, uitspraak gedaan, dat zij door het huyelijk aan elkander zijn verbonden.
Als getuigen waren tegenwoordig: Albert Johannes Schdi
ten, horlogemaker, oud zeven envijftig jaren
wonende alhier, en Jacobus Jansen, broeder
des echtgenoots, mahoos schrijver, oud drie
en twintig jaren, wonende in de gemeente Vlissingen
akte, welke overeenkomstig de wet is voorgelezen.
J„
Cobelens. JJ Trins
J.W. M. Krinser .C. Overteeg
J Cobelens
Arake
Jn Prikpen
W. M. Kater
rgelezen.
J: H:F Jansen A J Schouten
M C Vis
Bander.
P. Jansen.
Azah