Partij 1.1 bekende dat sijn brueder 2.1 tegens hem gedeelt is op goeden A. t/m C., dair 2.1 jairlicx uutreijcken sal moeten den helft van: 2 zester en 10 lop rogs oudts commer; 18 lop rogs die Adriaen en Godert Geryt Adriaen Thijszonen heffen; 1 zester rogs ter quijtinge met 50 rijnsgld dwelc de voirs Gheryt Adriaen Thijsz heft; 3 rijnsgld ter loss den penn 16, die Marie Vlijcken? heft, dwelc de voirs 1.1 en 2.1 geheel tot honnen last genomen hebben, sonder dat voirs Adriaen en Godert honnen brueders dair inne gehouden zijn. Voort is gecomen Gheryt Adriaen Mathijsz en bekende dat 1.1 en 2.1, sijn sonen, tegens hem gedeelt zijn op alsulcke helftsceijdinge als hen aengedeelt was van de stede die hij en zijn huysfrou besittende waren, en dat hij geen recht meer heeft aen de goeden A. t/m C., behoudelic dat hij zijn woon heeft in de camer van den huyse voirs, en oic de voirs Adriaen en Godert Geryt Adriaen Thijszonen tot de tijt toe zij gehelijct sullen zijn. Ook verwijzing naar een scepenenbrieve van 5 mei lestleden ( R763, fol 084v/085v )
Stadtarchiv Breda in Breda, Vestbrieven
Schepenbank Breda 1499-1811, Bron: boek, Teil: 763, Zeitraum: 1532-1539, Alphen en Chaam, Inventarnummer 763, 20. Februar 1535, Vestbrieven Alphen en Chaam 1532-1539, folio 101r, 101v
Diese Daten wurden zuletzt vom Quelleninhaber auf 17. November 2015 aktualisiert und erstmals auf Open Archives auf 5. Juli 2016 veröffentlicht.
Finden Sie Ihre Vorfahren und veröffentlichen Sie Ihren Stammbaum auf Genealogie Online über https://www.genealogieonline.nl/de/
Vielen Dank, Ihr Kommentar wurde gespeichert.